Nationale wetgeving vereist schriftelijke geïnformeerde toestemming voor operatie, Het ontbreken ervan levert schending van art. 8 EVRM op.
Een jongen met een hersentumor wordt driemaal geopereerd. Na de derde operatie is hij volledig verlamd. Voor de eerste en de derde operatie geven de ouders schriftelijk toestemming, voor de tweede mondeling. De ouders betwisten voor de nationale rechtbanken de geldigheid van de toestemming voor de tweede operatie. De Spaanse wet schrijft schriftelijke toestemming voor. Ook al schrijft het verdrag zelf geen bepaalde vorm van geïnformeerde toestemming voor, als het nationale recht wel bepaalde uitdrukkelijke vereisten stelt, moeten deze worden nageleefd om de inmenging als wettelijk voorgeschreven te beschouwen. Volgens het Hof gaan de nationale rechtbanken onvoldoende in op het argument van de ouders en is sprake van schending van artikel 8 EVRM.
Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 08-03-2022