Ontzegging van het recht opnieuw in het BIG-register te worden ingeschreven voor verpleegkundige wegens opiatengebruik.
Op voordracht van de IGJ, wegens ongeschiktheid tot het uitoefenen van het beroep, heeft het RTG geoordeeld dat de verpleegkundige door haar verslaving aan opiaten de geschiktheid voor het uitoefenen van haar beroep mist. Deze opiaten heeft zij tijdens haar werk voor eigen gebruik gestolen en gebruikt in privétijd alsmede tijdens haar werk als verpleegkundige. Naar het oordeel van het RTG is het niet verantwoord dat zij nog het beroep van verpleegkundige uitoefent. Nu de verpleegkundige al is uitgeschreven uit het BIG-register, legt het RTG een verbod op wederinschrijving op. Naast deze voordracht heeft de IGJ ook een tuchtklacht jegens de verpleegkundige ingediend (zie: ECLI:NL:TGZREIN:2023:42). In deze tuchtzaak is aan de verpleegkundige een beroepsverbod met directe werking opgelegd.
Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven, 02-08-2023