Erkenning en excuses kunnen niet door de geschillencommissie worden afgedwongen.

Een patiënte heeft volgens de nabestaanden onnodig geleden omdat een uitslag later werd gedeeld waardoor te laat werd overgeschakeld op palliatieve zorg. De commissie acht de klacht gegrond maar wijst het verzoek om persoonlijke erkenning en excuses af omdat het niet tot het wettelijk instrumentarium van de commissie behoort om een dergelijke maatregel op te leggen.

Gebrekkige administratie zorgaanbieder levert onrechtmatig handelen op jegens zorgverzekeraar.

Zorgverzekeraar CZ vordert met succes van een zorgaanbieder het over drie jaren aan thuiszorg betaalde bedrag terug. De zorgaanbieder voerde een gebrekkige administratie, wat onrechtmatig handelen oplevert, ook jegens CZ. Naast de zorgaanbieder is ook de bestuurder aansprakelijk voor de schade van CZ. Vanwege de aard van het onrechtmatig handelen, schat de rechtbank de schade.

Wrakingsverzoek gericht tegen voorzitter slaagt vanwege haar eerdere betrokkenheid als familierechter in een civiele procedure met klaagster.

Wrakingsverzoek gericht tegen de voorzitter slaagt vanwege het feit dat zij eerder als familierechter betrokken was in een civiele procedure met klaagster. Er is sprake van inhoudelijke verwevenheid tussen de civiele zaak en de tuchtzaak.

Verzoek voorlopig deskundigenbericht in strijd met goede procesorde.

Voorlopig deskundigenbericht. Vervolg op GZR 2018-0503. Een vrouw heeft blijvend letsel als gevolg van een partieel caudasyndroom. Dat syndroom is, aldus een eerder deskundigenbericht, ontstaan of verergerd bij een behandeling in een revalidatiekliniek. Die kliniek is failliet en de vrouw houdt de bedrijfsarts aansprakelijk die haar naar de kliniek verwees. In een eerder deelgeschil kwam die aansprakelijkheid niet vast te staan. De vrouw verzoekt thans over het handelen van de bedrijfsarts een deskundigenbericht. Dat is volgens de rechtbank echter in strijd met de goede procesorde. Er is geen aanleiding te veronderstellen dat in een bodemprocedure teruggekomen zal moeten worden van de (bindende) deelgeschilbeslissing.

Termijnen in de Wvggz; wanneer is sprake van een aansluitende zorgmachtiging? En is tijdig beslist op het verzoek?

Rechtbank heeft niet binnen de van toepassing zijnde termijn beslist op het verzoek tot aansluitende zorgmachtiging. Geen aansluitende zorgmachtiging. Machtiging kon voor maximaal zes maanden worden verleend. Hoge Raad doet de zaak zelf af.

Verwerping beroep wegens herhaalde klachten over hetzelfde handelen.

Het CTG verwerpt het beroep van klager, nu klager terecht door het RTG niet-ontvankelijk is verklaard voor de klachtonderdelen die hetzelfde feitencomplex betreffen als de eerder door klager aangevoerde klachten in procedures uit 2016 en 2019.

Onbetaalde factuur; proceskosten alleen redelijk indien zonder succes aangemaand.

Incassozaak. Een vrouw ondergaat een behandeling waarvoor zij een factuur krijgt die zij niet betaalt. Het ziekenhuis vordert met succes de betaling in rechte. Dat de vrouw financiële moeilijkheden heeft of dat de vrouw verblijft op een ander adres dan waar zij staat ingeschreven, kan het ziekenhuis niet worden tegengeworpen. Wel moet het ziekenhuis de proceskosten zelf betalen. Binnen een maand na de laatste (bewezen ontvangen) aanmaning tot dagvaarding overgaan, acht de kantonrechter in casu niet redelijk.

Geschil over overplaatsing en tekortschietend leef- en begeleidingsklimaat deels gegrond.

Zorgaanbieder heeft te laat gereageerd op signalen van een ongunstige groepsdynamiek en gebrekkige zorg op de locatie waar de cliënt verbleef; niet is gebleken dat overplaatsing volledig daaraan te wijten is. Geschil deels gegrond, gevraagde schadevergoeding onvoldoende onderbouwd.

Klachten over jeugdhulpverlening onder de Jeugdwet; geschillencommissie gehandicaptenzorg onbevoegd.

Geschil over zorgverlening aan kinderen van klager. De geschillencommissie is niet bevoegd dit geschil te behandelen, omdat jeugdzorgverlening niet valt onder artikel 19 Wkkgz. Dit valt onder de Jeugdwet en buiten de reikwijdte van de Wkkgz, aan welke wet de commissie haar bevoegdheid ontleent.

Klacht tegen psychiater grotendeels niet-ontvankelijk en deels gegrond wegens weigering psychiater om bewijs in te brengen zonder valide reden.

Klacht tegen psychiater grotendeels niet-ontvankelijk. De weigering (van de gemachtigde) van de psychiater om het RTG volledig te informeren met een kopie van de melding leidt tot een gegrond klachtonderdeel wegens niet toetsbare opstelling. Geen maatregel.