patiëntje/huisarts-uroloog
Bij een thans 19-jarige man is in 2001, op 2-jarige leeftijd, een besnijdenis verricht die niet goed is verlopen, waardoor een deel van de penis moest worden geamputeerd. In dit deelgeschil verzoekt de man om zijn immateriële schade definitief te begroten, ook al volgen er nog operaties. De rechtbank bespreekt uitgebreid de pijn en het ongemak, de uiterlijke en functionele beperkingen, de sociale en emotionele gevolgen en de aard van de aansprakelijkheid en economische omstandigheden. De rechtbank begroot de schade naar de normen van nu, niet naar die van 2001, weegt mee dat een verhoging van het smartengeldniveau in Nederland wenselijk is en begroot de immateriële schade op € 110.000. Het in 2002 betaalde voorschot wordt door de rechtbank naar de huidige tijd geïndexeerd alvorens het van het hoofdbedrag wordt afgetrokken.
Rechtbank Midden-Nederland (Locatie Utrecht), 07-11-2018