Klacht tegen internist. De klacht betreft de behandeling van de inmiddels overleden echtgenoot en vader van klagers. Bij patiënt was maagkanker geconstateerd. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht in alle onderdelen gegrond verklaard en aan de arts de maatregel van berisping opgelegd. De arts heeft beroep ingesteld tegen deze uitspraak. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de uitspraak en verklaart alle klachtonderdelen ongegrond.
Klacht tegen internist. De klacht betreft de behandeling van de inmiddels overleden echtgenoot en vader van klagers. Bij patiënt was maagkanker geconstateerd. Verweerder wordt als supervisor verweten dat a) is nagelaten een goede differentiaaldiagnose op te stellen en uit te werken, b) is nagelaten lichamelijk onderzoek door verweerder als supervisor zelf te laten verrichten, c) onvoldoende is gelet op de laboratoriumuitslagen en de gebruikte medicatie, en d) onvoldoende is geluisterd naar de klachten van de patiënt, te weten buikpijn. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht in alle onderdelen gegrond verklaard en aan de arts de maatregel van berisping opgelegd. De arts heeft beroep ingesteld tegen deze uitspraak. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de uitspraak en verklaart alle klachtonderdelen ongegrond.
Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg, 06-11-2020