Naar boven ↑

Update

Nummer 1, 2023
Uitspraken van 09-12-2022 tot 19-01-2023
Redactie: mr. dr. R.P. Wijne, mr. L. Beij, mr. drs. R.M. Bertens, mr. J.W. Bosman, mr. M. Christe, mr. A.C. de Die, mr. M.A. Goldschmidt, mr. J.F. Groen, mr. N.A.D. Groot, mr. I.W. Hanemaaijer, mr. M.M. Hofstee, mr. A. Jagt, mr. J.M. Janson, mr. drs. C. van der Kolk, mr. X.R. van der Kruk-Ras, mr. I.J. de Laat, mr. E. Lam, mr. M. Martin, mr. A.M. De Nijs, mr. C. Pluijgers, mr. T.R. Riemersma, mr. A. Rube, mr. D. Schuurman, mr. S. Snelder, mr. C. Velink, mr. C.W.M. Verberne, mr. H.B.M. Vrieling, mr. J.M. de Vries, mr. D. van der Wal en mr. K.S. Waldron.

Geachte heer/mevrouw,

Graag voorzien wij u ook dit jaar van de laatste informatie op het terrein van het Gezondheidsrecht. Bijgaand treft u dan ook een nieuwe GZR Update aan.

Rechtspraak
Graag wijs ik u op de uitspraken onder aan deze nieuwsbrief. Ik licht er enkele voor u uit.

Misbruik van het tuchtrecht
De eerste uitspraak die ik wil belichten, betreft een oordeel van het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in een geschil tussen een broer en een zus (GZR 2022-0332). De zus is huisarts en heeft onder meer in het kader van de onderbewindstelling en mentorschap van hun vader uitlatingen gedaan over de gezondheidstoestand van de vader; hij zou Alzheimer hebben. De broer heeft vervolgens een klacht ingediend over zijn zus stellende dat zij bewust onjuiste mededelingen over de vader heeft gedaan. Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg verklaarde de broer in zijn klacht niet-ontvankelijk waarna deze hoger beroep instelde.
Bijzonder is vervolgens dat het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg oordeelde dat sprake was van misbruik van het tuchtrecht. Het argument daarvoor was dat de broer zelf op een CIZ-aanvraag had ingevuld dat de vader Alzheimer had. Korte metten dus…

Berisping vervallen vanwege gelijktijdige berisping in vergelijkbare zaak
De tweede uitspraak is ook afkomstig van het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (GZR 2022-0333). In deze zaak stond het handelen van een arts ter discussie die ten tijde van het handelen niet langer als plastisch chirurg geregistreerd stond. Tegen de arts waren twee vergelijkbare klachten ingediend (betreffende onduidelijkheid titel/hoedanigheid). De zaken waren niet gevoegd maar wel min of meer gelijktijdig behandeld en in beide zaken was de arts berispt. Dat is te veel van het goede aldus het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg. Waren de zaken wel gevoegd behandeld, dan zou er slechts één berisping zijn opgelegd. Geoordeeld werd aldus dat in de onderhavige kwestie waarvan de arts in hoger beroep was gekomen, de berisping kwam te vervallen.

Niet-ontvankelijkheid wegens ontbreken van belang
Ook de derde uitspraak is van tuchtrechtelijke aard (GZR 2022-0336). In deze zaak diende een niet-praktiserend arts (n.p.), tevens docent, een klacht in tegen een getuige-deskundige die in een strafzaak tegen een huisarts een verklaring had afgelegd. Deze huisarts werd verdacht van moord op zijn schoonmoeder. Nadien was een artikel in de krant verschenen waarin de verklaring van de getuige-deskundige uit de doeken werd gedaan. Naar aanleiding daarvan diende de arts n.p./docent de klacht in. Zowel het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg als het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg oordeelde dat deze arts n.p. in haar klacht niet kon worden ontvangen. Het enkele feit dat een arts het niet eens is met de professionele opvatting van een collega-arts, rechtvaardigt niet dat die opvatting door die arts ter beoordeling aan de tuchtrechter kan worden voorgelegd. Ook een educatief belang is niet een eigen belang als bedoeld in de Wet BIG. Dat geldt evenzeer voor de emotionele en morele last die klaagster ervaart alsook voor het belang dat klaagster stelt te hebben bij het aantonen van onjuistheden in de verklaring van de getuige-deskundige, omdat zij – naar eigen zeggen – in het hoger beroep in dezelfde strafzaak ook als deskundige is of zal worden opgeroepen. Ten slotte staat het belang van patiënten dat zij moeten kunnen vertrouwen op hun artsen en op de rechtsstaat, in een te ver verwijderd verband, dan wel is het te algemeen om als rechtstreeks belang van klaagster (als niet-praktiserend arts) te gelden. Aldus het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg. En tot slot: een beoordeling in verband met het algemeen belang zou een oneigenlijk gebruik van het tuchtrecht zijn.

Annotaties
Graag wijs ik u ook op een nieuwe annotatie. Joost Wasser (Holla Tax & Legal) schreef op zijn eigen wijze een lezenswaardige stuk over artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht, getiteld Nihil es miserius …. Kapstok is de uitspraak van de rechtbank Amsterdam (GZR 2022-0314). Deze rechtbank sprak een schuldig verklaring zonder oplegging van straf uit. Joost geeft zijn visie, betrekt de wetsgeschiedenis en andere uitspraken.

Nieuws
De afgelopen twee weken verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website.

LinkedIn-groep
Bent u al bekend met onze LinkedIn-groep? Nadat u op LinkedIn bent ingelogd, wordt u op deze pagina geattendeerd op onze nieuwsbrief, maar ook op ander nieuws. Verder kan op deze pagina kennis worden gedeeld.

Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de gezondheidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, dan kunt u mailen naar info@boomjuridisch.nl. Wij stellen dat erg op prijs.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar klantenservice@boomdenhaag.nl.

Alvast een goed weekend.

Met vriendelijke groet,

Rolinka Wijne
Hoofdredacteur GZR Updates

Hoge Raad

Hof

Rechtbank

Tuchtcolleges

Uitspraken zonder ECLI