Naar boven ↑

Update

Nummer 21, 2014
Uitspraken van 02-10-2014 tot 15-10-2014
Redactie: mr. dr. R.P. Wijne, mr. L. Beij, mr. drs. R.M. Bertens, mr. J.W. Bosman, mr. M. Christe, mr. A.C. de Die, mr. M.A. Goldschmidt, mr. J.F. Groen, mr. N.A.D. Groot, mr. I.W. Hanemaaijer, mr. M.M. Hofstee, mr. A. Jagt, mr. J.M. Janson, mr. drs. C. van der Kolk, mr. X.R. van der Kruk-Ras, mr. I.J. de Laat, mr. E. Lam, mr. M. Martin, mr. A.M. De Nijs, mr. C. Pluijgers, mr. T.R. Riemersma, mr. A. Rube, mr. D. Schuurman, mr. S. Snelder, mr. C. Velink, mr. C.W.M. Verberne, mr. H.B.M. Vrieling, mr. J.M. de Vries, mr. D. van der Wal en mr. K.S. Waldron.

Geachte heer/mevrouw,

Rechtspraak
Graag wijs ik u op de uitspraken onder aan deze nieuwsbrief. Ik licht er enkele voor u uit.

Een getuigschrift als bedoeld in artikel 41 Wet BIG
Interessant is een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in een kwestie waarin een getuigschrift als bewijs voor de kennis en kunde van een psychotherapeut centraal staat.
Een psychotherapeut verzocht om inschrijving in het BIG-register en legde ten bewijze van zijn kennis en kunde een getuigschrift over van de World Council for Psychotherapy, gevestigd te Wenen. Ingevolge artikel 41, eerste lid, aanhef en onder b, Wet BIG wordt inschrijving in het BIG-register niet geweigerd, indien de minister van VWS, gelet op een in het buitenland verkregen getuigschrift en op de daarnaast opgedane beroepservaring en gevolgde opleiding, een verklaring afgeeft, inhoudende dat tegen zijn inschrijving in het register voor wat zijn vakbekwaamheid betreft geen bedenkingen bestaan. Desalniettemin weigerde de minister de verklaring af te geven. Ten onrechte, zo betoogde de psychotherapeut en wees op het bepaalde in artikel 41 Wet BIG. De Afdeling wees echter op het feit dat de psychotherapeut het getuigschrift had verkregen in navolging van opleiding die hij in Nederland had gevolgd. Het getuigschrift was dus niet een getuigschrift als bedoeld in artikel 41, eerste lid, aanhef en onder b, Wet BIG. Hoewel de minister van VWS bij de beoordeling van het verzoek om inschrijving artikel 41, eerste lid, aanhef en onder b, Wet BIG niet in acht had genomen – wat op zich een motiveringsgebrek was - , had een beoordeling op dit punt hoe dan ook niet tot een positief oordeel kunnen leiden (GZR 2014 2014-0401).

Geschenken aannemen, dan geen WW
Een andere lezenswaardige uitspraak is van de Centrale Raad van Beroep. Het gaat om een verpleegkundige die tijdens haar werk geschenken aannam van patiënten. Dit is een terechte reden voor ontslag en daarom ook mag een WW-uitkering worden geweigerd, aldus de Centrale Raad van Beroep (GZR 2014-0402).

ANW-hoofd niet bevoegd te beslissen over naaktseparatie
Ook de tuchtrechter kwam met een aantal uitspraken die het lezen waard zijn. Zo werd bijvoorbeeld overwogen dat een ANW-hoofd, dit is een verpleegkundige met eindverantwoordelijkheid tijdens avonden, nachten en weekenden wanneer de dagelijkse leiding afwezig is, niet bevoegd is om een beslissing te nemen over de (naakt)separatie van een psychiatrische patiënt (GZR 2014-0405).

Apotheker moet de apotheek gescheiden houden van bedrijfsvoering echtgenote
Een andere bijzondere uitspraak ziet op het gedrag van een apotheker. De apotheker was tekortgeschoten in zijn verplichting tot het leveren van middelen en de communicatie over uitblijvende leveringen was onder de maat, evenals zijn wijze van facturering. Een belangrijke reden voor een maatregel – een berisping – was echter ook de organisatorische verwevenheid tussen de apotheek en het bedrijf van de echtgenote van de apotheker. Naar buiten toe was die verwevenheid evident en werd dus meegelift op de bij apothekers bestaande kwaliteitsnormen, terwijl de apotheker tegelijkertijd geen enkele verantwoordelijkheid wenste te nemen voor de activiteiten van zijn echtgenote die (mede) onder de vlag van de apotheek werden verricht. Bijzonder kwalijk, aldus de tuchtrechter (GZR 2014-408).

Annotaties
Verder maak ik u ook graag attent op onze annotaties.

Dit keer is er een annotatie van de hand van Wouter Koelewijn met medewerking van Esther Schaake. Zij geven hun visie op twee uitspraken van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven. Deze uitspraken maken deel uit van een serie uitspraken waarin de rechtmatigheid aan de orde wordt gesteld van het door de Nederlandse Zorgautoriteit vastgestelde overgangsbeleid in verband met het risicodragend worden van zorginstellingen voor de eigen kapitaallasten. De uitspraken zijn van belang vanwege het inzicht in de ruimte die de NZa in deze rechtspraak krijgt bij de uitwerking en toepassing van compensatiemaatregelen voor onevenredige gevolgen van de nieuwe kapitaallastenrisico’s voor zorghuisvesting.

Een andere annotatie is van de hand van Mieke de Die met medewerking van Agatha Hielkema. Zij geven antwoord op de vraag waarmee een medicus rekening dient te houden als hij een medisch advies of een deskundigenrapport uitbrengt of gaat uitbrengen. In dat verband wordt ingegaan op de inzagemogelijkheden in een medisch advies en op de door het Centraal Tuchtcollege aangescherpte eisen.

Scripties
Het studiejaar is weer begonnen en dat betekent ook dat er weer scripties verschijnen.

Nieuw is een scriptie Nino van der Meer Mohr over de invloed van publiekrechtelijke normen op de zorginkoopprocedure. Zij onderzocht of dit een begrenzing van de contractsvrijheid met zich brengt.

Nieuw is ook een scriptie van Rosalie Planken over de NODO procedure (gebaseerd op artikel 10a van de Wet op de Lijkbezorging) die nog maar net was ingesteld en nu alweer is verlaten. Zij deed onderzoek naar de wenselijkheid c.q. noodzaak van deze procedure.

Commentaren
Vorige keer wees ik u op onze nieuwe rubriek ‘Commentaar’. Een commentaar is een reactie bij regelgeving. Het kan daarbij gaan om een wet, een beleidsregel of een ander daarmee te vergelijken document. Er zijn twee commentaren bijgekomen.

Eén commentaar ziet op Richtlijn 2013/55/EU ter zake de erkenning van beroepskwalificaties. Artikel 56 bis van de richtlijn voorziet in een waarschuwingssysteem betreffende beroepsbeoefenaren die in een EU Lidstaat een beroepsbeperking opgelegd hebben gekregen. De richtlijn moet voor 18 januari 2016 zijn verwerkt in de nationale wetgeving van de Lidstaten.

Het andere commentaar ziet op de brief van de Minister van VWS d.d. 19 september 2014 waarin zij te kennen geeft welke maatregelen zij heeft getroffen en wil treffen om de kwaliteit van beroepsbeoefenaren te waarborgen.

Nieuws
De afgelopen twee weken verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website.

Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de gezondheidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden. Wij stellen dat erg op prijs.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar gzr-updates@budh.nl.

Alvast een goed weekend.

Met vriendelijke groet,

Rolinka Wijne
Hoofdredacteur GZR Updates

Raad van State

Tuchtcolleges