Onvoldoende causaal verband tussen hetgeen behandelaars bekend was en de zelfdoding door een vrouw en de doding van haar 2-jarig kind. Klacht 12 Sv wordt derhalve afgewezen.

Professionele handel in illegaal erectiemiddel Kamagra leidt tot straffen variërend van taakstraf en voorwaardelijke gevangenisstraf tot 28 maanden gevangenisstraf.

ACM: Bij volle huisartsenpraktijken samen een plek zoeken voor overstappende patiënt niet in strijd met mededingingsregels

Schadevergoeding voor het ontbreken van rechtsbijstand.

Artikel 10:12 lid 3 Wvggz. De rechtbank had tijdens de mondelinge behandeling ten aanzien van de zorgmachtiging aan verzoekster moeten vragen of zij bijstand wilde door een (andere) advocaat. Schadevergoeding van € 250.

Doorhaling verpleegkundige in verband met ongeschiktheid tot uitoefenen van beroep vanwege geestelijke gesteldheid na voordracht door de IGJ.

De IGJ doet een voordracht tot doorhaling van de registratie van een verpleegkundige vanwege ongeschiktheid tot het uitoefenen van het beroep van verpleegkundige (art. 79 lid 1 Wet BIG). Het RTG volgt de voordracht van de IGJ en beveelt de doorhaling van de inschrijving in het BIG-register met een verbod om opnieuw te worden ingeschreven. Tevens legt het RTG bij wijze van voorlopige voorziening een schorsing op.

Seksueel grensoverschrijdend gedrag van internist jegens coassistenten leidt tot doorhaling.

Een internist handelt grensoverschrijdend in een onderwijs-/instructiesetting waarbij hij coassistenten zich (te ver) laat ontkleden en in ongepaste en onnodige houdingen vraagt te liggen. Zijn handelen past niet bij het type onderzoek. Als door de coassistenten de verdenking wordt uitgesproken dat hij hen heeft gefilmd met zijn mobiel, vlucht hij naar de wc en wist hij de opnames. De coassisenten zijn ontvankelijk, alle klachtonderdelen zijn gegrond en er volgt een doorhaling en een schorsing bij wijze van voorlopige voorziening.

Ongegronde klacht van de IGJ tegen een verpleegkundige vanwege nalaten (feiten)onderzoek en onvoldoende steun in het dossier.

De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) stelt vast dat bij de verpleegkundige sprake is van een zeer ernstig psychiatrisch toestandsbeeld en dat zij heeft gehandeld in strijd met artikel 47 lid 1 van de Wet BIG. Het RTG overweegt dat de IGJ geen (feiten)onderzoek heeft gedaan en dat de verklaringen van de verpleegkundige in het dossier geen verdere steun vinden. Het RTG kan daarom niet vaststellen dat de verpleegkundige tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. De klacht wordt ongegrond verklaard.

Er is sprake van onzorgvuldig rapporteren van feiten en conclusies.

De impact van hetgeen wordt gerapporteerd en de mogelijk ingrijpende gevolgen hiervoor voor de vader heeft de jeugdprofessional onvoldoende ingezien. Ook heeft de jeugdprofessional zich onvoldoende gerealiseerd dat de moeder het gezinsplan in een andere context (procedure) zou kunnen gebruiken.

Geen sprake van diagnosticeren psychiatrische problematiek.

Gebruik woorden 'sprake is van een psychiatrische grondslag' is bedoeld om keuze aanbieder toe te lichten. De jeugdprofessional kan hiermee niet worden verweten dat zij psychiatrische problematiek diagnosticeert.

Tuchtklacht is niet-ontvankelijk; de inhoud hiervan is gelijk aan de klacht bij de klachtencommissie.

De procedure van de klachtencommissie is een met voldoende waarborgen omklede procedure geweest, waardoor er reeds op een aan de tuchtrechtprocedure gelijkwaardige wijze is geoordeeld over klachten.