Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe GZR Update aan.
Rechtspraak
Graag wijs ik u op de uitspraken onder aan deze nieuwsbrief. Ik licht er enkele voor u uit.
Inzien medische gegevens ten behoeve van verweer mag, en behoeft geen toestemming van de patiënt
De eerste uitspraak gaat over het inzien van het medisch dossier en het gebruik van gegevens ten behoeve van het verweer in een wettelijk geregelde klacht- of tuchtprocedure (GZR 2022-0117). Volgens het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg schendt de arts die dit doet zonder toestemming van de patiënt, zijn beroepsgeheim niet. Relevant om te benadrukken is dat het tuchtcollege aldus, anders dan uit de KNMG-richtlijn Omgaan met medische gegevens volgt, geen onderscheid maakt tussen een tuchtprocedure en een wettelijk geregelde klachtprocedure.
Vanaf 17 jaar zelf bevoegd tuchtklacht in te dienen
De tweede uitspraak belicht ik omdat het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Amsterdam oordeelde dat een minderjarige van 17 jaar bevoegd is om zelf een tuchtklacht in te dienen (GZR 2022-0115). Dit volgt niet met zoveel woorden uit de Wet BIG, maar wel uit Boek 7, titel 7, afdeling 5, BW. De vader die de klacht had ingediend werd dan ook niet-ontvankelijk geacht.
Waarschuwing gelijkgesteld aan een besluit
De derde uitspraak is in processuele zin ook interessant. Het gaat in deze kwestie om de overtreding van de geneesmiddelenwet: de Inspectie Voor Gezondheidszorg en Jeugd acht melatonine houdende producten met een dagdosering van 0,3 mg of meer zonder handelsvergunning strijdig met de geneesmiddelenwet (GZR 2022-0114). Het daarover opgemaakte rapport maakte de Inspectie openbaar en de minister van VWS gaf de overtreder een waarschuwing, die het daar niet meer eens was. Het bezwaar werd evenwel niet-ontvankelijk verklaard. Ten onrechte, aldus de rechtbank Oost-Brabant. De rechtbank stelde ter beoordeling voorop dat de door de minister gegeven waarschuwing niet was gebaseerd op een wettelijk voorschrift (geregeld is de boete). Ook overwoog de rechtbank dat formele of informele waarschuwingen geen besluiten in de zin van de Algemene wet bestuursrecht zijn, maar wel met een besluit gelijkgesteld kunnen worden, zulks met het oog op het bieden van effectieve rechtsbescherming. In dit geval deed de rechtbank dat, omdat een alternatieve route om rechtsbescherming te krijgen onevenredig bezwarend zou zijn en niet van de overtreder kon worden gevergd. Daartoe overwoog de rechtbank dat gebleken was dat de minister in deze kwestie bewust was afgeweken van de beleidsregels over handhaving van de Geneesmiddelenwet, terwijl anders een appellabel boetebesluit zou zijn gevolgd. Voorts had de overtreder onweersproken gesteld dat deze uit voorzorg de producten uit de handel had genomen, en kon van de overtreder niet worden verlangd een boetebesluit uit te lokken. Ten derde was de overtreder in een civiele kortgedingprocedure niet-ontvankelijk verklaard omdat er een met voldoende waarborgen omklede rechtsgang bij de bestuursrechter openstaat. De minister moet alsnog inhoudelijk op de bewaren van de overtreder reageren.
Annotatie
U treft ook een nieuwe annotatie op de website aan. De annotatie is van de hand van Caren Velink (Velink & De Die advocaten) en heeft betrekking op een uitspraak van het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle (GZR 2022-0070). Het tuchtcollege oordeelde dat leden-beroepsgenoten betrokken bij de beoordeling van een andere tuchtklacht niet in de hoedanigheid van – in dit geval – tandarts hadden gehandeld waardoor de klager in zijn klacht niet-ontvankelijk was. Caren bespreekt de uitspraak mede in het licht van andere uitspraken en de wetsgeschiedenis en beargumenteert waarom de uitspraak wel of niet voldoende duidelijk is. Lezen!
Nieuws
De afgelopen twee weken verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website.
LinkedIn-groep
Bent u al bekend met onze LinkedIn-groep? Nadat u op LinkedIn bent ingelogd, wordt u op deze pagina geattendeerd op onze nieuwsbrief, maar ook op ander nieuws. Verder kan op deze pagina kennis worden gedeeld.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de gezondheidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, dan kunt u mailen naar info@boomjuridisch.nl. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar klantenservice@boomdenhaag.nl.
Alvast een goed weekend.
Met vriendelijke groet,
Rolinka Wijne
Hoofdredacteur GZR Updates
Hof
- Gerechtshof Amsterdam 'Nieuwe' tandarts moest begrijpen dat de overname van de praktijk geen doorgang zou vinden indien geen akkoord was bereikt over de samenwerking met de andere tandartsen in de maatschap. 19-04-2022
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Hoger beroep van GZR-2021-0004. Toekenning van schadevergoeding wegens beëindiging samenwerking tussen een orthopedische kliniek en een MSB van anesthesiologen. Grondslag voor de aansprakelijkheid is de tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst. 05-04-2022
Rechtbank
- Rechtbank Rotterdam De beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar van het Erasmus UMC weigert, naar het oordeel van de rechtbank terecht, om voor vier medische fouten dekking onder de polis te verlenen; Erasmus was bekend met een gedraging waaruit waarschijnlijk een aanspraak op schadevergoeding zou voortvloeien. De Haviltex-uitleg wordt verworpen. Dekkingsweigering niet onaanvaardbaar naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid. 30-03-2022
- Rechtbank Den Haag Verzoek zorgmachtiging na terugverwijzing door Hoge Raad. Beoordeling wilsbekwaam verzet tegen verplichte zorg ex tunc. Intussen is al een nieuwe zorgmachtiging verleend. Vernietigde zorgmachtiging alsnog verleend. 23-03-2022
- Rechtbank Oost-Brabant Overtreding van de Geneesmiddelenwet, afwijking van beleidsregels: waarschuwing in plaats van boetebesluit. Waarschuwing wordt gelijkgesteld aan appellabel besluit. Beroep gegrond, geen openbaarmaking en noodzaak tot inhoudelijke heroverweging. 15-02-2022
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant Verzoekster heeft bezwaar gemaakt tegen een besluit van 26 november 2021 van de minister van VWS en doet een verzoek aan de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen. 02-02-2022
- Rechtbank Den Haag Eiseres verzoekt op grond van de Wob om openbaarmaking van documenten over een melding die door het Groene Hart ziekenhuis is gedaan bij de IGJ. De melding ziet op een mogelijke calamiteit, het overlijden van het ongeboren kind van eiseres. Verweerder (de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) weigert openbaarmaking, de rechtbank stelt dat deze weigering terecht is. 18-06-2021
Raad van State
Tuchtcolleges
- Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Klaagster verwijt huisarts schending van beroepsgeheim en haar privacy, omdat huisarts zonder toestemming haar medisch dossier heeft ingezien en bij zijn verweer in de klachtprocedure gebruik heeft gemaakt van de daarin opgenomen informatie. Klacht ongegrond. 13-04-2022
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam Klacht tegen kinderarts-nefroloog. Voor zover vader klaagt over de behandeling van zijn zoon wordt hij niet-ontvankelijk verklaard, omdat de zoon (17 jaar) zelf bevoegd was tot het indienen van een klacht en een machtiging ontbreekt. 22-03-2022
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven Huisarts krijgt een waarschuwing, omdat zij de informatie van de triage-assistente onvoldoende kritisch heeft getoetst. De wel bekende gegevens hadden bovendien aanleiding moeten geven opnieuw contact op te nemen met de patiënt. 01-03-2022
Nationaal overig
Uitspraken zonder ECLI
- Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden Zorginstelling en cliëntenraad hebben bij de Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden (hierna: LCvV) het verzoek neergelegd om te beoordelen of de declaratie van kosten voor de inhuur van een externe ondersteuner van de cliëntenraad redelijkerwijs voor vergoeding door de instelling in aanmerking komt. De LCvV oordeelt dat de zorginstelling gehouden is de factuur voor de inhuur van een externe ondersteuner van de cliëntenraad te voldoen. 2022-04-19
- Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden Op 26 maart 2021 heeft de directie van de zorginstelling de Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden (hierna: LCvV) schriftelijk verzocht om vervangende toestemming te geven voor vaststelling van de uniforme kaderregeling medezeggenschap met addenda voor alle cliëntenraden. Dit, daar twee lokale cliëntenraden niet hadden ingestemd met de regeling. Ter zitting is vastgesteld dat op het niveau van de beide locaties onvoldoende overleg over de nieuwe medezeggenschapsregeling had plaatsgevonden. Na de zitting zijn partijen met elkaar verder gaan overleggen en is de procedure in afwachting daarvan aangehouden. De directie van de zorginstelling heeft op 25 januari 2022 aan de LCvV laten weten dat er grotendeels overeenstemming over een nieuwe regeling was, met uitzondering van enkele bepalingen. De LCvV wordt gevraagd om hier uitspraak over te doen. De LCvV oordeelt dat de regeling met inachtneming van het hetgeen de LCvV hierover heeft overwogen kan worden vastgesteld. 2022-05-12
- Geschillencommissie ziekenhuizen Een patiënt klaagt over het niet ziekenhuis-breed laten goedkeuren van een protocol. De commissie verklaart zich enerzijds onbevoegd, omdat de klacht ziet op een beleidsmaatregel en daarmee buiten de kaders van de Wkkgz valt. Anderzijds oordeelt de commissie dat de patiënt geen redelijk belang meer heeft bij een uitspraak, nu het ziekenhuis naar aanleiding van deze klacht maatregelen heeft genomen ter oplossing van deze klacht. Een klacht over het niet lezen van aantekeningen in het dossier door een arts wordt ongegrond verklaard vanwege schending door de patiënt van de op hem rustende medewerkingsplicht. 2021-08-27
- College van Toezicht van de Stichting Kwaliteitsregister Jeugd De jeugdprofessional heeft zich weinig reflectief opgesteld en eveneens weinig leerbaarheid getoond. De maatregel van voorwaardelijke schorsing voor de duur van één jaar met een intervisietraject is passend en geboden. 2022-02-21
- Rechtbank Noord-Nederland Een man heeft een hersenvliesontsteking. Volgens hem hebben een waarnemend huisarts en zijn eigen huisarts onzorgvuldig gehandeld. Het tegendeel volgt uit een gezamenlijke expertise. De conclusie van een voorlopig deskundigenbericht is dat de waarnemend huisarts niet en de eigen huisarts wel onzorgvuldig heeft gehandeld. De tuchtklachten tegen de huisartsen worden gedeeltelijk gegrond verklaard. Tegen deze achtergrond verzoekt de man de rechtbank een deskundigenbericht te bevelen naar het causaal verband. Naar het oordeel van de rechtbank is dat bij deze stand van zaken echter prematuur en in strijd met de goede procesorde. De rechtbank wijst het verzoek van de man af. 2022-04-05