Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe GZR Update aan.
Rechtspraak
Graag wijs ik u op de uitspraken onder aan deze nieuwsbrief. Ik licht er enkele voor u uit.
Registratie Duitse apotheker terecht afgewezen
De eerste uitspraak heeft als onderwerp de afwijzing van de registratie van een Duitse apotheker hier te lande (GZR 2021-0264). Het Duitse diploma was wel erkend, maar de apotheker voldeed niet aan de eisen van herregistratie; zij had de afgelopen vijf jaar niet ten minste 2080 uren als geregistreerd apotheker gewerkt, aldus de minister voor Medische Zorg. De rechtbank was het eens met dit besluit en beoordeelde het als rechtmatig. Het gaat ook volgens de rechtbank om het aantal uren dat gewerkt is als geregistreerde apotheker en oordeelde in dat verband voorts dat de Duitse apotheker een langere werkonderbreking had gehad dan twee jaar.
De apotheker had nog aangevoerd dat de minister in haar geval aanleiding had moeten zien af te wijken van het toegepaste beoordelingskader op grond van artikel 3:4 en 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Zij betoogde dat zij sinds 2013 werkzaam is geweest als geregistreerd apotheker in Duitsland onder het toezicht van de Duitse Apothekerkammer en aansluitend als pharmacist in Nederland onder de Inspectie voor de Gezondheidszorg en Jeugd op grond van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz). Het betoog was echter zonder succes. De rechtbank oordeelde dat de minister in redelijkheid geen aanleiding had hoeven zien om in het geval van de Duitse apotheker aan de voorschriften voorbij te gaan. De rechtbank overwoog daartoe dat het toezicht in het kader van de Wkkgz in dit geval op haar werkgever ziet en niet op één lijn kan worden gesteld met het toezicht op een apotheker in het kader van het medisch tuchtrecht.
De Duitse apotheker heeft door omstandigheden onvoldoende tijd kunnen vinden om de door haar al aangevangen bijscholing met succes af te ronden, maar ook hierin zag de rechtbank geen grond voor het oordeel dat de minister in andere zin had moeten beslissen. Niet onbegrijpelijk is dat de minister een apotheker niet in het BIG-register wil registreren als de regels op goede gronden bepalen dat dit alleen kan na bijscholing van de aanvrager. Zou de minister anders besluiten en als gevolg daarvan de patiëntveiligheid in gevaar komen, dan zou de oorzaak daarvan in het kader van de overheidsaansprakelijkheid mede aan de minister kunnen worden toegerekend. Het bestreden besluit is daarom niet in strijd met artikel 3:4, tweede lid, van de Awb genomen.
Europese aanbestedingsprocedure diagnostiek SARS-CoV-2 voldoet
De tweede uitspraak die ik belicht, gaat over een Europese aanbestedingsprocedure ten behoeve van moleculaire diagnostiek SARS-CoV-2 (GZR 2021-0266). Novogenia maakte de procedure aanhangig. Zij is een Oostenrijkse onderneming die zich wenste in te schrijven op de aanbestedingsprocedure, maar die dat – gelet op de gestelde eisen – niet kan omdat zij samen dient te werken met een Nederlandse partij om aan de eisen te kunnen voldoen. Nederlandse partijen zijn daarin echter niet geïnteresseerd. Daarnaast zou het beperkt aantal percelen dat één inschrijver gegund kan krijgen ervoor zorgen dat de opdracht voor buitenlandse partijen niet interessant is omdat de omvang van de opdracht te klein is. Novogenia meende dan ook dat de opzet van en de gestelde eisen in de aanbestedingsprocedure resulteren in een beperking van het vrij verkeer van diensten en strijd met de Dienstenrichtlijn en het aanbestedingsrecht. De voorzieningenrechter ging hier echter niet in mee, waartoe steeds de wettelijke kaders werden beschreven en beoordeeld.
Annotatie
Een nieuwe annotatie is er ook en dit keer van de hand van Bas Wallage met medewerking van Jean-Luc Hooglugt (Van Benthem & Keulen). In deze annotatie staat de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 26 mei 2021 (GZR 2021-0248) centraal. De Centrale Raad van Beroep ging in op de vraag in hoeverre het gemeenten is toegestaan om de financiële draagkracht van gezinnen als maatstaf te hanteren bij het al dan niet toekennen van een informeel persoonsgebonden budget (pgb) als jeugdhulpvoorziening. Volgens de Raad bestaat die ruimte in het kader van de Jeugdwet niet. Bas en Jean-Luc analyseren deze uitspraak mede in het licht van de praktijk. Interessant!
Nieuws
De afgelopen twee weken verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website.
Kom ook naar het Jaarcongres Gezondheidsrecht
Op vrijdag 3 december 2021 organiseert GZR Updates i.s.m. StudiecentrumKerckebosch het 7e Jaarcongres Gezondheidsrecht in Van der Valk Hotel Utrecht. Doel van het congres is om u in één dag op de hoogte te brengen van de actuele ontwikkelingen en verdiepende thema’s op uw vakgebied met betrekking tot gezondheidsrecht. Na de plenaire opening worden zestien deelsessies gegeven waarvan u er vier kunt bijwonen. Zo stelt u uw eigen programma samen met onderwerpen die voor uw praktijk het meest relevant zijn. Het jaarcongres biedt verder volop gelegenheid tot het ontmoeten van uw vakgenoten en het stellen van vragen aan de juridisch specialisten vanuit wetenschap, advocatuur en rechtspraak.
Klik hier voor het volledige programma en aanmelden. Abonnees van GZR Updates en Tijdschrift voor Gezondheidsrecht ontvangen € 100 korting op de entreeprijs
LinkedIn-groep
Bent u al bekend met onze LinkedIn-groep? Nadat u op LinkedIn bent ingelogd, wordt u op deze pagina geattendeerd op onze nieuwsbrief, maar ook op ander nieuws. Verder kan op deze pagina kennis worden gedeeld.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de gezondheidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, dan kunt u mailen naar info@boomjuridisch.nl. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar klantenservice@boomdenhaag.nl.
Alvast een goed weekend en/of een goede herfstvakantie!
Met vriendelijke groet,
Rolinka Wijne
Hoofdredacteur GZR Updates
Hof
Rechtbank
- Rechtbank Den Haag Aanbestedingsprocedure diagnostiek SARS-CoV-2. Opzet aanbestedingsprocedure en daarin gestelde eisen in strijd met vrij verkeer van diensten, Dienstenrichtlijn of aanbestedingsrecht? Nee. Vorderingen worden afgewezen. 07-10-2021
- Rechtbank Den Haag Kort geding. De bepalingen in de Wet publieke gezondheid (Wpg) en in de Tijdelijke regeling maatregelen Covid-19 (Trm) die betrekking hebben op het per 25 september 2021 ingevoerde coronatoegangsbewijs zijn naar voorshands oordeel van de voorzieningenrechter niet onmiskenbaar onverbindend en worden daarom niet buiten werking gesteld. Met invoering van het coronatoegangsbewijs is geen sprake van een onrechtmatige overheidsdaad. 06-10-2021
- Rechtbank Rotterdam Verzekeraar bestrijdt noodzaak van gezichtsoperatie bij transgender om passabiliteitsprobleem te verhelpen. Primaat behandelend arts prevaleert boven oordeel medisch adviseurs verzekeraars; verzekeraar gehouden te vergoeden. 10-09-2021
- Rechtbank Amsterdam Deelgeschil. Tussenbeschikking. Door fouten in de beoordeling van een tweetal scans ontstaat er bij een man vertraging in de diagnose longkanker. De man overlijdt door verstikking. De weduwe vordert een verklaring voor recht dat de man zonder fouten later zou zijn overleden, minder zou hebben geleden, en geen verstikkingsdood zou zijn gestorven. Zij baseert zich daarbij op het eerder op gezamenlijk verzoek uitgebrachte deskundigenrapport. Dat rapport geeft geen duidelijkheid over het soort tumor en het stadium van de kanker. Partijen zijn het erover eens dat dit wel van belang is. De rechtbank formuleert aanvullende vragen aan de deskundige en stelt partijen in de gelegenheid die aan de deskundige voor te leggen en de antwoorden in het geding te brengen. 09-09-2021
- Rechtbank Den Haag Aanvraag van Duitse apotheker tot registratie in het BIG-register afgewezen. Omdat eiseres al vijf jaar in het bezit was van een apothekersdiploma gelden de eisen van herregistratie. Eiseres is er niet in geslaagd om aan te tonen dat zij in de periode van vijf jaar voorafgaand aan haar aanvraag minimaal 2080 uur als geregistreerd apotheker heeft gewerkt. Beroep wordt ongegrond verklaard. 27-05-2021
Tuchtcolleges
Uitspraken zonder ECLI
- Geschillencommissie ziekenhuizen Een patiënt met in de voorgeschiedenis prostaatkanker belandt vanwege klachten van niet meer plassen in een emotioneel beladen behandeltraject, waarin in zijn visie fout op fout wordt gemaakt. De commissie oordeelt dat er een foute diagnose is gesteld, dat er te vaak is geprikt in de linker nier, dat onvoldoende uitleg is gegeven en dat de patiënt te lang in onzekerheid is gelaten met pijnklachten, waardoor hij onnodig vaak in spanning heeft gezeten. De communicatie en logistiek rondom de operatie was niet goed. Het verzoek tot materiële schadevergoeding wordt afgewezen omdat dit verzoek onvoldoende is onderbouwd. In verband met de door patiënt geleden immateriële schade wordt een bedrag van € 5.000 toegekend. 2021-04-09
- Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden Verzoekers hebben zich tot de LCvV gewend vanwege een meningsverschil met de zorgorganisatie over het niet verder verlengen van hun zittingstermijn als lid van de lokale cliëntenraad en de wijze waarop de medezeggenschap op deze locatie nu wordt ingevuld. De bestuurder en de CCR van de zorgorganisatie hebben laten weten dat de verzoekers in juridische zin geen deel uitmaken van de cliëntenraad en dat het verzoek derhalve niet in behandeling kan worden genomen door de Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden. De LCvV verklaart zich onbevoegd om het verzoek over te behandelen, daar verzoekers niet kunnen worden gezien als (vertegenwoordigers van) een cliëntenraad in de zin van de Wmcz 2018 en het Reglement LCvV 2021-10-13
- Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden Verzoekers hebben zich bij brief met bijlagen tot de Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden (hierna: LCvV) gewend met een verzoek een uitspraak te doen over vier onderwerpen, te weten: (i) het beoordelen van de status c.q. legitimiteit van vier wijkcliëntenraden die eind 2019 uit de CCR zijn getreden, (ii) het beoordelen of ten aanzien van deze raden het informatie- en adviesrecht op de juiste wijze is verlopen sinds zij zijn uitgetreden uit de CCR, (iii) een geschil over de benoeming van twee leden voor de uitgetreden wijkcliëntenraden en (iv) de positie van een cliëntenraad ten opzichte van de zorgorganisatie (in algemene zin). De LCvV verklaart zich onbevoegd het verzoek te behandelen, aangezien verzoekers niet kunnen worden aangemerkt als (vertegenwoordigers van) één of meerdere cliëntenraden als bedoeld in de Wmcz 2018 en het Reglement LCvV. 2021-09-06