Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u de eerste GZR Update van 2020 aan.
Rechtspraak
Graag wijs ik u op de uitspraken onder aan deze nieuwsbrief. Ik licht er enkele voor u uit.
Eenzijdige wijziging arbeidsomstandigheden soms aanvaardbaar
De eerste uitspraak waar ik u op wijs, betreft een arbeidsrechtelijk geschil (GZR 2019-0329). Woonzorg Nederland wijzigde eenzijdig het werkgebied van een projectleider die al jaren een slechte werkrelatie had met de clustermanager. Omdat de projectleider het hiermee niet eens was, lag aan de kantonrechter de vraag voor of Woonzorg Nederland dit had mogen doen. De kantonrechter beantwoordde deze vraag aan de hand van het goed werkgever- respectievelijk werknemerschap en oordeelde dat Woonzorg Nederland, gelet op de continue problemen in de samenwerking, voldoende reden had om tot een wijziging te komen met het doel voor een werkbare situatie te zorgen. De wijziging is ook redelijk gezien het werkgebied en de woonplaats van de projectleider, en de mogelijkheid om in werktijd te reizen. Aan een en ander doet niet af dat voor de andere werknemer een andere keuze is gemaakt; in een situatie als deze is het aan de werkgever om met het oog op een passende oplossing, keuzes te maken.
Ontbinding pas als verbetertraject is doorlopen
De tweede uitspraak betreft eveneens een arbeidsrechtelijk geschil (GZR 2019-0332). Het geschil betrof een oncoloog met een dienstverband bij het Radboud UMC over wie door meerdere patiënten klachten waren geuit. Voorts was gebleken dat de medisch specialist gedurende een bepaalde periode niet geregistreerd was geweest als arts respectievelijk internist en zelfs nooit als internist-oncoloog geregistreerd was. De oncoloog werd een verbetertraject voorgesteld terwijl tegelijkertijd ook een Commissie van Onderzoek werd belast met de opdracht onderzoek te doen naar het functioneren van de medisch specialist. Deze commissie kwam tot de conclusie dat sprake was van disfunctioneren. Omdat de commissie ook de vrijheid had genomen te adviseren over een verbetertraject en daarbij had aangegeven dat de medisch specialist niet coachbaar zou zijn, werd de kantonrechter verzocht de arbeidsovereenkomst te ontbinden. De kantonrechter deed dit echter niet omdat er – kort gezegd – (1) in het rapport van de Commissie van Onderzoek onjuistheden stonden, (2) het verbetertraject niet was gestart en 3) niet van een duurzame verstoring van de arbeidsrelatie was gebleken.
Veroordeeld ter zake van dood door schuld
De derde, tevens laatste, uitspraak die ik in deze nieuwsbrief wil belichten, is een strafzaak (GZR 2020-0001). In verband met het overlijden van een 10-jarige jongen is een kinderarts strafrechtelijk vervolgd en vervolgens veroordeeld voor dood door schuld. Naar het oordeel van het hof had de kinderarts te lang vastgehouden aan de diagnose van (basilaire) migraine, ook toen de klachten niet langer bij die diagnose pasten, en had zij nagelaten tijdig nader onderzoek te doen c.q. een brede differentiaaldiagnose te stellen of collega’s te raadplegen. In eerste aanleg werd de kinderarts ook reeds veroordeeld (GZR 2017-0107).
U kunt binnenkort een annotatie bij deze uitspraak verwachten.
Annotaties
Verder maak ik u ook graag attent op onze annotaties. Dit keer treft u een annotatie van de hand van August Van (Beer advocaten). August bespreekt een arrest van het Gerechtshof Den Haag waarin de hoogte van het aan de nabestaanden van een overleden patiënte uit te keren smartengeld centraal stond (GZR 2019-0274). In eerste aanleg kregen de nabestaanden € 200.000 toegewezen, maar in hoger beroep werd dit bedrag teruggebracht tot € 135.000. August beziet welke overwegingen aan de hoogte (en het verschil) ten grondslag hebben gelegen.
Lezen dus!
Nieuws
De afgelopen twee weken verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website.
Onze zoekfunctie
Wist u dat GZR Updates uit meer bestaat dan deze nieuwsbrief en de mogelijkheid om kennis te nemen van annotaties? Alle door onze redactieleden zorgvuldig geselecteerde en samengevatte uitspraken komen in een database. GZR Updates biedt de mogelijkheid om op doeltreffende wijze de database te doorzoeken, zodat u de voor u relevante uitspraken kunt vinden. Zie hier voor de mogelijkheden.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de gezondheidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar gzr-updates@boomdenhaag.nl.
Alvast een goed weekend.
Met vriendelijke groet,
Rolinka Wijne
Hoofdredacteur GZR Updates
Hof
- Gerechtshof Den Haag Aan een intensivist is door de maatschap en het ziekenhuis de toegang tot het ziekenhuis ontzegd en de samenwerking is beëindigd. Naast een zaak bij het Scheidsgerecht start de intensivist een kort geding. Het hof neemt, anders dan de voorzieningenrechter, het oordeel van het Scheidsgerecht over, verklaart zich bevoegd en bepaalt dat de intensivist wel is toegetreden tot de maatschap maar dat er voldoende grondslag was om in de gegeven omstandigheden de samenwerking te beëindigen, aan de intensivist de toegang tot het ziekenhuis te ontzeggen en de maatschapsovereenkomst op te zeggen. 24-12-2019
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Werkneemster werkt regelmatig in nachtdiensten en krijgt daarvoor onder andere onregelmatigheidstoeslag (ORT). Savant houdt bij de betaling van het loon tijdens verlof geen rekening met die ORT. In tegenstelling tot de kantonrechter oordeelt het hof dat de onregelmatigheidstoeslag wel moet worden doorbetaald tijdens het verlof omdat die ORT rechtstreeks verband houdt met het werken in nachtdiensten en deel uitmaakt van het loon waarop werkneemster recht heeft voor opgenomen verlofuren. 17-12-2019
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Hoger beroep van GZR 2018-0016. Een patiënte is niet tevreden over de tandheelkundige behandeling door haar tandarts. Haar klacht bij de Centrale Klachten Commissie (CKC) van de KNMT wordt op verschillende punten gegrond verklaard. In hoger beroep vordert de vrouw hetzelfde als bij de rechtbank: ontbinding van de behandelingsovereenkomst met terugbetaling van de behandelingskosten, materiële en immateriële schade, en kosten en rente. Wees de rechtbank alle vorderingen van de vrouw nog af, het hof wijst de vorderingen toe, met uitzondering van de onvoldoende onderbouwde materiële schade. Het hof baseert zijn oordeel op de bevindingen in de klachtzaak bij de CKC. 10-12-2019
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Een kinderarts wordt voor nalatig medisch handelen veroordeeld ter zake dood door schuld, ondanks het uitblijven van optreden door de IGJ. De calamiteitenrapportage wordt gebruikt voor het bewijs. 11-07-2019
Rechtbank
- Rechtbank Gelderland Tegen een medisch specialist (oncoloog) met een dienstverband bij het Radboud UMC zijn klachten geuit door meerdere patiënten. Ook is gebleken dat de specialist gedurende een bepaalde periode niet geregistreerd is geweest als arts respectievelijk internist. Zij was zelfs nooit geregistreerd als internist-oncoloog. Aan de medisch specialist is een verbetertraject voorgesteld en tegelijkertijd is aan de Commissie Onderzoek (mogelijk) disfunctioneren medisch specialist verzocht om een onderzoek te doen. De commissie concludeerde tot disfunctioneren en adviseerde dat de specialist niet coachbaar is. Naar aanleiding van dat advies werd de kantonrechter verzocht de arbeidsovereenkomst te ontbinden. De kantonrechter ontbindt niet omdat enerzijds in het rapport van de commissie onjuistheden staan en anderzijds omdat het toegezegde verbetertraject niet is gestart en er geen sprake is van een duurzame verstoring. 20-12-2019
- Rechtbank Limburg Een KNO-arts sluit met het Coöperatief MSB Atrium-Orbis U.A. een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd en stelt vervolgens dat partijen zijn overeengekomen die overeenkomst te verlengen. De kortgedingrechter oordeelt echter dat niet is gebleken van een door werkgever opgewekt gerechtvaardigd vertrouwen dat de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd zonder meer zou worden verlengd na het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd van werknemer. 13-12-2019
- Rechtbank Gelderland Zorginstelling Pro Persona heeft de cliëntenraad van de locatie Arnhem ontbonden, omdat de cliëntenraad al vele jaren er onvoldoende in slaagt om tot een effectieve samenwerking te komen met de instelling. De cliëntenraad stelt in kort geding dat de zorginstelling zonder wettelijke grondslag de cliëntenraad heeft ontbonden en vordert dat de cliëntenraad in staat wordt gesteld om de werkzaamheden te hervatten en dat hiertoe de faciliteiten ter beschikking worden gesteld. Voorts vordert de cliëntenraad dat de zorginstelling stopt met het oprichten van een alternatieve vorm van medezeggenschap op de locatie Arnhem onder last van een dwangsom. De kantonrechter oordeelt dat de zorginstelling mogelijkheden heeft om in te grijpen op basis van de gesloten samenwerkingsovereenkomst tussen zorgaanbieder en cliëntenraad. Dit heeft de zorginstelling nagelaten. Voor het ontbinden van de cliëntenraad dient de zorginstelling de instemming te hebben van de cliënten. De zorginstelling heeft deze instemming niet gevraagd. Derhalve oordeelt de kantonrechter dat de zorginstelling de cliëntenraad niet mocht ontbinden. 12-12-2019
- Rechtbank Amsterdam Woonzorg Nederland mag het werkgebied van werknemer na een langlopend slechte relatie tussen werknemer en de clustermanager wijzigen. Die relatie is al jaren slecht ondanks interventies, coaching en mediation. Dat werkgever ervoor kiest om het werkgebied van de ene werknemer te wijzigen en dat van de ander niet is het recht van werkgever. Het is in beginsel aan de werkgever een keuze te maken voor een passende oplossing, waarbij het soms onvermijdelijk is dat die oplossing voor de ene werknemer grotere gevolgen heeft dan voor de andere. 06-12-2019
Centrale Raad van Beroep
Tuchtcolleges
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Een huisarts heeft op verzoek van de ex-echtgenote van klager en haar advocaat ten behoeve van een echtscheidingsprocedure een brief opgesteld. Klager heeft hier in de echtscheidingsprocedure nadeel van ondervonden. Het RTG oordeelt dat strikt genomen geen sprake is van een geneeskundige verklaring. Desondanks oordeelt het RTG dat in strijd is gehandeld met de strekking van de KNMG-Richtlijn 'Omgaan met medische gegevens', omdat de brief wel als geneeskundige verklaring in de zin van die Richtlijn kan worden begrepen. Het RTG komt tot dit oordeel in verband met de onduidelijkheid dat de brief enkel het subjectieve verhaal van de ex-echtgenote bevat, dat deze brief zonder kennelijk doel in de behandeling of begeleiding is opgesteld en het gewicht dat aan het schrijven van een brief door een arts als huisarts kan worden gehecht. Er volgt een waarschuwing. 24-12-2019
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Verweerster is als verpleegkundige tuchtrechtelijk aangesproken door nabestaanden van een patiënt die ten gevolge van een valincident is overleden. Verweerster heeft op verzoek van de zorginstelling als externe deskundige een onderzoek verricht en een rapport uitgebracht. Het RTG acht klager ontvankelijk, omdat verweerster niet slechts als onderzoeker is opgetreden maar zij in haar optreden tevens te beschouwen is als de vertegenwoordiging van de betrokken discipline verpleegkunde. Klager verwijt verweerster onder andere dat zij onvoldoende onafhankelijkheid in acht heeft genomen en het onderzoek niet volgens de geldende richtlijn heeft uitgevoerd. De klachten zijn ongegrond verklaard. 20-12-2019
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven Sociaalpsychiatrisch verpleegkundige is geschorst voor de duur van één jaar wegens grensoverschrijdend gedrag jegens een patiënte van klaagster. De maatregel wordt passend geacht gezien het feit dat de gedragingen zich hebben uitgestrekt over een aantal maanden en de verpleegkundige deze niet uit zichzelf heeft gestopt. 18-12-2019
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven Een verpleegkundige wordt geschorst gedurende één jaar na een gedeeltelijke gegrondverklaring van een klacht van de IGJ in verband met (seksueel) grensoverschrijdend gedrag jegens een cliënte. De maatregel van doorhaling wordt gezien de omstandigheden van dit geval te zwaar geacht; reden waarom wordt volstaan met een schorsing. 18-12-2019
- Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Een bedrijfsarts (verweerder) krijgt een berisping opgelegd wegens het feit dat voor klaagster onvoldoende duidelijk is geweest wat voor type consult zij had met verweerder: een arbeidsomstandighedenspreekuur of verzuimspreekkuur. Daarnaast heeft verweerder haar arbeidsgeschikt verklaard zonder haar te hebben gezien op het spreekuur en zonder voldoende onderzoek te hebben verricht. Het CTG handhaaft de hoogte van de maatregel (berisping) zoals opgelegd door het RTG. 17-12-2019
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven Deze zaak betreft een voordracht in de zin van artikel 79 Wet BIG in verband met de ongeschiktheid voor de beroepsbeoefening van de in deze zaak betrokken arts, die bekend is met een bipolaire stoornis en in het verleden heeft gekampt met een alcohol- en drugsverslaving. De voordracht wordt toegewezen. De betrokken arts heeft onvoldoende medewerking aan het onderzoek van de IGJ verleend, geweigerd mee te werken aan een onafhankelijke expertise en in de onderhavige procedure onvoldoende gesteld en gemotiveerd waarom hij wél geschikt is zijn beroep als arts uit te oefenen. 16-12-2019
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven Deze klacht tegen een kinderarts gaat onder meer over het medisch handelen na de geboorte van de baby van klagers, de dossier- en informatieplicht, de nazorg en de afwikkeling van de melding van de calamiteit. Het RTG oordeelt dat er sprake is van ondeugdelijke en chaotische dossiervoering, dat er niet goed gereageerd is op de diverse (alarm)signalen van de baby en dat klagers niet op zorgvuldige wijze over de gezondheidstoestand van de baby zijn geïnformeerd. De klacht is gedeeltelijk gegrond. Er volgt voorwaardelijke schorsing van één jaar met een proeftijd van twee jaar. 28-11-2019
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Gegronde klacht tegen een fysiotherapeut (beklaagde). De fysiotherapeut heeft de werk- en privérelatie vertroebeld en door elkaar laten lopen. Ook komt vast te staan, met ondersteuning van de agenda/het dagboek van klaagster, dat de fysiotherapeut contant geld heeft ontvangen voor de behandelingen thuis. De fysiotherapeut heeft erkend dat hij een seksuele relatie heeft gehad met klaagster. Een afkoelingsperiode is niet in acht genomen. De klacht is gegrond verklaard en het RTG Den Haag legt beklaagde een voorwaardelijke schorsing op voor de duur van een jaar. 19-11-2019
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Gegronde klacht tegen een fysiotherapeut. De fysiotherapeut heeft erkend dat zij meer informatie dan opgevraagd heeft gedeeld met de verzekeraar van klaagster. Zij heeft een antwoord gegeven dat verder ging dan de vraagstelling en zij heeft de opgevraagde en gegeven informatie niet bij klaagster geverifieerd. Zij ziet in dat zij anders en beter had kunnen handelen en heeft hierover spijt betuigd. Het RTG Den Haag ziet ook dat een richtlijn of aanbeveling van de beroepsgroep hieromtrent ontbreekt. Mede gelet hierop en omdat de fysiotherapeut aantoonbaar lering heeft getrokken uit het voorval, is het doel van het tuchtrecht bereikt en legt het RTG geen maatregel op. 19-11-2019
Uitspraken zonder ECLI
- Geschillencommissie ziekenhuizen Klaagster voert aan dat de arts tijdens het consult geen lichamelijk onderzoek heeft verricht, waardoor afwijkingen in haar buikholte niet zijn geconstateerd. Bij klaagster is later eierstokkanker aangetoond. Tevens heeft de arts klaagster niet laten weten dat hij een gecorrigeerde brief aan haar huisarts heeft gestuurd en was hij niet goed geïnformeerd over haar dossier. Het ziekenhuis voert aan dat de arts dacht dat de huisarts lichamelijk onderzoek had verricht en dat bij verzending van de brief een standaardsjabloon is gebruikt. De Geschillencommissie Ziekenhuizen oordeelt dat de arts eigen onderzoek had moeten verrichten en acht het niet onaannemelijk dat als de arts dan afwijkingen in de buikholte had gevoeld hij voor een andere behandeling zou hebben gekozen. De commissie kent een schadevergoeding toe van € 500. 2019-08-28
- Geschillencommissie Huisartsen Klaagster, de nabestaande van haar overleden echtgenoot, patiënt, stelt dat de huisarts in dienstverband (hierna HIDHA) van verweerder een verkeerde diagnose heeft gesteld bij patiënt. Daarbij heeft hij ten onrechte een labformulier om bloed te laten prikken verstrekt en was sprake van slechte communicatie. HIDHA heeft, met wat hem op dat moment bekend was, naar het oordeel van de commissie adequaat gehandeld. 2019-11-11
- Geschillencommissie ziekenhuizen Klager heeft een scopie ondergaan waarbij door het vlies dat zenuwweefsel omgeeft is geprikt. Bij ontslag uit het ziekenhuis is dit niet aan klager meegedeeld. Klager kreeg ernstige hoofdpijn en heeft verzocht om een bloodpatch. Deze is niet uitgevoerd. Klager stelt dat hij niet in zijn lichamelijke klachten is erkend en vordert schadevergoeding. De zorgaanbieder voert aan dat klager voorafgaand aan de scopie op de risico’s is gewezen en dat hem een bloodpatch is aangeboden. De Geschillencommissie Ziekenhuizen oordeelt dat na de scopie onvoldoende voorlichting is gegeven. Daarnaast zijn de beslissingen van de zorgaanbieder voor het niet-nadrukkelijk aanbieden van een bloodpatch en een nader onderzoek tijdens een consult op de SEH niet goed verklaarbaar voor de commissie. De vordering tot schadevergoeding is niet onderbouwd. Indien dit wel het geval was geweest dan is echter onvoldoende aannemelijk dat sprake is van een causaal verband tussen de perforatie en het handelen van de zorgaanbieder daarna. 2019-09-20