Naar boven ↑

Update

Nummer 12, 2019
Uitspraken van 12-06-2019 tot 21-06-2019
Redactie: mr. dr. R.P. Wijne, mr. L. Beij, mr. drs. R.M. Bertens, mr. J.W. Bosman, mr. M. Christe, mr. A.C. de Die, mr. M.A. Goldschmidt, mr. J.F. Groen, mr. N.A.D. Groot, mr. I.W. Hanemaaijer, mr. M.M. Hofstee, mr. A. Jagt, mr. J.M. Janson, mr. drs. C. van der Kolk, mr. X.R. van der Kruk-Ras, mr. I.J. de Laat, mr. E. Lam, mr. M. Martin, mr. A.M. De Nijs, mr. C. Pluijgers, mr. T.R. Riemersma, mr. A. Rube, mr. D. Schuurman, mr. S. Snelder, mr. C. Velink, mr. C.W.M. Verberne, mr. H.B.M. Vrieling, mr. J.M. de Vries, mr. D. van der Wal en mr. K.S. Waldron.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u een nieuwe GZR Update aan.

Rechtspraak
Graag wijs ik u op de uitspraken onder aan deze nieuwsbrief. Ik licht er enkele voor u uit.

Procedurele onzorgvuldigheden staan in de weg aan benoeming manager zorg
De eerste uitspraak is afkomstig van de Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden (LCvV) en gaat over een besluit tot benoeming van een manager zorg (GZR 2019-0160). In het onderhavige geval was het voornemen tot die benoeming aan de cliëntenraad van de zorginstelling voorgelegd. De cliëntenraad gaf echter een negatief verzwaard advies, waarna de zorginstelling zich tot de LCvV wendde. De LCvV oordeelde vervolgens dat de zorginstelling niet in redelijkheid kon besluiten tot de benoeming; er was sprake van diverse procedurele onzorgvuldigheden.

Schending beroepsgeheim door bij aangifte melding te maken van suïcidale gedachten en dreiging zelfmoord
De tweede uitspraak gaat over de schending van het beroepsgeheim en betreft een bindend advies van de Geschillencommissie Geestelijke Gezondheidszorg (GZR 2019-0161). In casu gaat het om een cliënte die zich agressief had gedragen en jegens wie bij de politie aangifte was gedaan. In deze aangifte stonden enkele gedragskenmerken van de cliënte maar ook dat zij suïcidaal was en met zelfmoord dreigde. Volgens de cliënte had de behandelaar die de aangifte had gedaan daarmee haar beroepsgeheim geschonden. Dat is zo, aldus de Geschillencommissie Geestelijke Gezondheidszorg. De vermelding van suïcidale gedachten en het dreigen met zelfmoord overschrijdt de grens van wat een redelijk bekwaam en redelijk handelend hulpverlener mag melden, zo oordeelde de commissie. De commissie verklaarde de klacht dan ook gegrond. Tevens oordeelde zij dat zij niet (als maatregel) aan de politie kon opleggen de gewraakte passage uit de aangifte te verwijderen.

Bevoegdheid officier van justitie in een situatie van een schorsing van de voorlopige hechtenis als vrijwilligheid tot opname er niet meer is
De laatste uitspraak ziet op een Bopz-kwestie en de vraag of de officier van justitie misbruik had gemaakt van zijn bevoegdheid (GZR 2019-0162). Aan deze vraag ligt de omstandigheid ten grondslag dat de voorlopige hechtenis van de betrokkene in kwestie werd geschorst onder de voorwaarde dat hij zich liet opnemen in een psychiatrische kliniek. Vervolgens verleende de rechtbank een kleine maand later een voorlopige machtiging ten aanzien van deze betrokkene, zulks op verzoek van de officier van justitie daartoe, terwijl deze laatste zich niet verzet had tegen de schorsing van de voorlopige hechtenis. De Hoge Raad deed de zaak af op basis van artikel 81 RO. Interessant zijn echter de overwegingen van de advocaat-generaal waaruit kan worden afgeleid dat een officier geen misbruik van zijn bevoegdheid maakt als hij in zo een situatie om een voorlopige machtiging verzoekt. Opname in een psychiatrisch ziekenhuis in het kader van een schorsing moet worden gezien als een vrijwillige opname. Dat neemt echter niet weg dat de bereidheid tot opname kan vervallen terwijl wel aan de vereisten van een gedwongen opname als bedoeld in de Wet Bopz is voldaan. De rechter kan vervolgens ‘gewoon’ over dat verzoek oordelen, zoals dat in deze kwestie ook was gebeurd.

Annotaties
Verder maak ik u ook graag attent op onze annotaties. Dit keer treft u een annotatie van de hand van Bas Wallage en Eva Jacobs bij een uitspraak van de Rechtbank Gelderland over de invulling van het hinderpaalcriterium (GZR 2019-0140). In hun annotatie gaan Bas en Eva kort in op de feiten en omstandigheden die centraal staan in de onderhavige uitspraak. Vervolgens gaan zij in op de hoogte van de vergoeding die zorgverzekeraars moeten betalen indien en voor zover een verzekerde met een naturapolis zorg afneemt van een niet-gecontracteerde zorgaanbieder en welke korting in dat kader door de zorgverzekeraar mag worden toegepast. Zij ronden af met een bespreking van de gevolgen van de onderhavige uitspraak voor de rechtspraktijk. Lees!

Nieuws
De afgelopen twee weken verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website.

Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de gezondheidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden. Wij stellen dat erg op prijs.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar gzr-updates@boomdenhaag.nl.

Alvast een goed weekend.

Met vriendelijke groet,

Rolinka Wijne
Hoofdredacteur GZR Updates

Hoge Raad

Rechtbank

Uitspraken zonder ECLI