Naar boven ↑

Update

Nummer 5, 2018
Uitspraken van 02-03-2018 tot 15-03-2018
Redactie: mr. dr. R.P. Wijne, mr. L. Beij, mr. drs. R.M. Bertens, mr. J.W. Bosman, mr. M. Christe, mr. A.C. de Die, mr. M.A. Goldschmidt, mr. J.F. Groen, mr. N.A.D. Groot, mr. I.W. Hanemaaijer, mr. M.M. Hofstee, mr. A. Jagt, mr. J.M. Janson, mr. drs. C. van der Kolk, mr. X.R. van der Kruk-Ras, mr. I.J. de Laat, mr. E. Lam, mr. M. Martin, mr. A.M. De Nijs, mr. C. Pluijgers, mr. T.R. Riemersma, mr. A. Rube, mr. D. Schuurman, mr. S. Snelder, mr. C. Velink, mr. C.W.M. Verberne, mr. H.B.M. Vrieling, mr. J.M. de Vries, mr. D. van der Wal en mr. K.S. Waldron.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u een nieuwe GZR Update aan.

Rechtspraak
Graag wijs ik u op de uitspraken onder aan deze nieuwsbrief. Ik licht er enkele voor u uit.

Vergoeding niet-gecontracteerde zorg mag geen hinderpaal opleveren
De eerste uitspraak die ik onder uw aandacht breng, betreft een kwestie waarin over het hinderpaalcriterium is geoordeeld (GZR 2018-0097). Aan het oordeel ligt een geschil tussen Forte GGZ, een instelling voor geestelijke gezondheidszorg, en De Friesland, een zorgverzekeraar, ten grondslag. De Friesland hanteert voor niet-verzekerde zorg een vergoedingspercentage van zeventig procent van het laagste door haar gecontracteerde tarief, wat neerkomt op circa 55 procent van het geldende NZa-tarief. Dit percentage is in dit geval een feitelijke hinderpaal, aldus de Rechtbank Noord-Nederland.
De rechtbank overwoog in dat kader ten eerste dat het aan de zorgverzekeraar is om te onderbouwen waarom een afwijking van het gebruikelijke vergoedingspercentage van 75-80 procent van het gemiddeld gecontracteerde tarief in dit geval geen feitelijke hinderpaal zou opwerpen. Die onderbouwing heeft De Friesland echter niet gegeven. Daarnaast is de in de polisvoorwaarden van De Friesland opgenomen hardheidsclausule, op grond waarvan in individuele gevallen het vergoedingspercentage kan worden verhoogd indien een verzekerde aangeeft dat dit percentage te laag is om zich te wenden tot een niet-gecontracteerde zorgaanbieder van keuze, naar het oordeel van de rechtbank niet afdoende.
De rechtbank overwoog in dat kader ten tweede dat de individuele kenmerken of omstandigheden van de verzekerde geen rol mogen spelen bij de invulling van het hinderpaalcriterium. Dit brengt mee dat het er in wezen om gaat of (ook) de minst draagkrachtige verzekerde door de hoogte van het bedrag wordt verhinderd om zich te wenden tot de niet-gecontracteerde zorgaanbieder. Bij gebreke van een andere maatstaf sluit de rechtbank in dat kader aan bij het bedrag van het hoogste vrijwillig eigen risico, zoals genoemd in artikel 20 lid 2 Zvw (thans € 500). Dit brengt volgens de rechtbank mee: 'dat in de regel toepassing van het vergoedingspercentage van 75-80% van het gemiddeld gecontracteerde tarief eerst dan tot een uitkomst leidt die voor de minst draagkrachtige een feitelijke hinderpaal oplevert, indien het door de verzekerde te betalen bedrag hoger is dan het hoogste vrijwillig eigen risico op grond van artikel 20 lid 2 Zvw'.
In dezelfde kwestie oordeelde de rechtbank dat het inkoopbeleid van De Friesland discriminator was, omdat marktwerking en concurrentie onmogelijk werden gemaakt door alleen zorg in te kopen bij partijen waarmee De Friesland voorheen reeds contracteerde.
De schade van Forte GGZ is het verschil in vergoeding van De Friesland aan niet-gecontracteerde en gecontracteerde zorgaanbieders. Voor het vaststellen van de vergoeding die Forte GGZ als gecontracteerde zorgaanbieder had kunnen krijgen, sloot de rechter aan bij een gemiddeld gecontracteerd tarief van negentig procent van het NZa-tarief.

Vergoeding voor fysiek en psychisch leed
De volgende uitspraak die ik wil belichten betreft een bindend advies van de Geschillencommissie Ziekenhuizen waarin de commissie tevens een schadevergoeding toekent (GZR 2018-0101). Aan dit oordeel ligt een geneeskundige behandeling van een patiënte ten grondslag. Deze patiënte gebruikte het middel Prednison waardoor zij een zeer dunne huid heeft. Op enig moment heeft een verpleegkundige de patiënte willen wegen, maar verloor de patiënte haar evenwicht en heeft de verpleegkundige patiënte daarbij zodanig vastgepakt dat een groot stuk huid van het onderbeen van de patiënte werd afgeschraapt. Omdat de verpleegkundige wist van de dunne huid was het hardhandig aanpakken van de patiënte onzorgvuldig, aldus de Geschillencommissie Ziekenhuizen. Bovendien was er een beter alternatief: volgens de commissie zou patiënte haar evenwicht bij het gebruik van een weegstoel niet hebben kunnen verliezen, waardoor het ziekenhuis voor die optie had moeten kiezen. Dat dit geen goed alternatief zou zijn, omdat de patiënte dan te weinig zou bewegen, ziet de commissie anders. Om de mobiliteit van de patiënte te bevorderen, had het ziekenhuis haar met de rollator naar de weegstoel kunnen laten lopen. De Geschillencommissie Ziekenhuizen acht het aannemelijk dat de patiënte zowel fysieke als psychische schade heeft geleden als bedoeld in artikel 6:106, lid 1, onder b, BW. Een bedrag van € 2500 ter vergoeding is in dat verband billijk geacht. Het verzoek om vergoeding van buitengerechtelijke kosten heeft de commissie afgewezen. Op dat punt oordeelde de commissie dat op grond van artikel 22 van het Reglement Geschillencommissie Ziekenhuizen de ter zake van de behandeling van het geschil gemaakte kosten voor rekening van klager komen.

Machtigingsvereiste en cessieverbod benadelen thuiszorgaanbieders
Een derde uitspraak die ik van belang acht, betreft een oordeel van de Voorzieningenrechter Midden-Nederland over het door zorgverzekeraar Zilveren Kruis gehanteerde machtigingsvereiste en cessieverbod voor niet-gecontracteerde thuiszorgaanbieders (GZR 2018-0103). Zilveren Kruis hanteert dit beleid sinds 2018, maar de thuiszorgaanbieders menen dat zij daarmee in hun belangen worden geschaad. Een en ander zou leiden tot niet-betaling van geleverde zorg en algemene incassoproblemen vanwege de sociaaleconomische aard van hun patiëntenpopulatie. Dit belang zag ook de voorzieningenrechter, die oordeelde dat Zilveren Kruis onvoldoende had onderbouwd waarom zijn belangen bij hantering van het machtigingsvereiste en cessieverbod zwaarder zouden wegen dan voornoemde belangenbenadeling van de thuiszorgaanbieders. De voorzieningenrechter oordeelde dan ook dat Zilveren Kruis het machtigingsvereiste en cessieverbod niet mag hanteren.

Annotaties
Verder maak ik u ook graag attent op onze annotaties. Dit keer treft u een annotatie van de hand van Esther Schaake (Pels Rijcken & Drooglever Fortuijn) bij een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (GZR 2017-0226). In de uitspraak schetst de Centrale Raad van Beroep een duidelijk kader aan de hand waarvan beoordeeld dient te worden of een jeugdige recht heeft op jeugdhulp. Esther grijpt de uitspraak aan om in te gaan op de toegang tot jeugdhulp via de huisarts, dat in de praktijk nog lastig blijkt te zijn.

Nieuws
De afgelopen twee weken verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op onze website. Belangwekkend is bijvoorbeeld dat het Openbaar Ministerie (OM) vier strafrechtelijke onderzoeken is gestart naar mogelijk strafbare euthanasie door artsen. In de zaken die het OM gaat onderzoeken, heeft de Regionale Toetsingscommissie Euthanasie geoordeeld dat de betrokken artsen niet aan alle zorgvuldigheidseisen van de Euthanasiewet hebben voldaan. De onderzoeken moeten duidelijk maken of de artsen daadwerkelijk vervolgd worden.
Ander nieuws betreft de naderende samenwerking van het Academisch Medisch Centrum (AMC) en het VU medisch centrum (VUmc). Zij tekenen op 7 juni a.s. de overeenkomst voor de bestuurlijke fusie. De bestuurlijke fusie betekent dat de beide ziekenhuizen als één geheel worden aangestuurd, omdat in de raden van bestuur en raden van toezicht dezelfde personen (gaan) plaatsnemen.

Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de gezondheidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden. Wij stellen dat erg op prijs.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar gzr-updates@boomdenhaag.nl.

Alvast een goed weekend.

Met vriendelijke groet,

Rolinka Wijne
Hoofdredacteur GZR Updates

Rechtbank

Tuchtcolleges

Uitspraken zonder ECLI