Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe GZR Update aan.
Rechtspraak
Graag wijs ik u op de uitspraken onder aan deze nieuwsbrief. Ik licht er enkele voor u uit.
Ambtshalve niet-ontvankelijkverklaring
De eerste uitspraak die ik onder uw aandacht wil brengen, betreft een uitspraak van het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle (GZR 2017-0413). De uitspraak is interessant omdat het tuchtcollege overwegingen wijdt aan de vraag of de klaagster in kwestie, de stiefdochter van de patiënte en voormalig bewindvoerder en mentor van patiënte, wel de wil van de patiënte vertegenwoordigt om een klacht in te dienen tegen de specialist ouderengeneeskunde. Nee, aldus het tuchtcollege. Het tuchtcollege toetst normaliter niet ambtshalve of de wil vertegenwoordigd wordt, maar doet dat wel als zich bijzondere omstandigheden aandienen. Dat is in deze kwestie het geval; de feiten en omstandigheden zaaien twijfel. Zo is het de patiënte geweest die met succes klaagster als bewindvoerder en mentor door de rechter heeft laten ontslaan. Daarnaast volgt uit de verklaring van de specialist ouderengeneeskunde dat de patiënte niet wilsonbekwaam was. Klaagster wordt aldus niet-ontvankelijk geacht.
Schending informatieplicht leidt tot verwijdering baarmoeder
De volgende zaak waar ik u op wijs kent een indrukwekkend feit: bij een Poolse vrouw werd zonder haar wens én zonder haar toestemming de baarmoeder verwijderd. De vrouw had last van een baarmoederverzakking en wendde zich om die reden tot de gynaecoloog. Met haar is gesproken over een pessarium en over ‘een operatie’ maar de vrouw had nimmer begrepen dat dat zou inhouden dat dan haar baarmoeder zou worden verwijderd; taalproblemen speelden daarbij een rol. Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg overwoog tegen die achtergrond dat de gynaecoloog niet aan zijn informatieplicht had voldaan, door niet te verifiëren of de vrouw de informatie wel had begrepen. Op hem rustte een extra zware plicht daartoe, omdat zich een taalbarrière voordeed. De Rechtbank Limburg nam dit oordeel over en oordeelde opnieuw dat, gezien de ingrijpendheid van de operatie en de taalbarrière, een extra zorgplicht op de gynaecoloog rustte (GZR 2017-0414). De rechtbank is er voorts van uitgegaan dat als de vrouw de informatie goed had begrepen zij nooit voor de verwijdering van haar baarmoeder had gekozen. Nu zij als gevolg van de schending van de informatieplicht ernstig is aangetast in haar zelfbeschikkingsrecht – zij kan immers geen kinderen meer krijgen – kende de rechtbank haar een schadevergoeding toe van € 30.000.
Geen verzoek voortzetting behandeling
Een procesrechtelijk puntje dat aandacht verdient, betreft een verzoek om voortzetting van de behandeling bij intrekking in hoger beroep van het beroepschrift. Volgens het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg brengt het feit dat de initiële klacht niet is ingetrokken met zich dat degene over wie is geklaagd niet kan verzoeken om voortzetting van de behandeling (GZR 2017-0419).
Haagse borstendokter veroordeeld wegens mishandeling met zwaar lichamelijk letsel tot gevolg
De laatste uitspraak die niet in deze nieuwsbrief onvermeld mag blijven, betreft de uitspraak van het Haagse Gerechtshof in de kwestie van de Haagse borstendokter. De rechtbank sprak de arts vrij (GZR 2014-0428), maar in hoger beroep kwam de arts daar niet mee weg (GZR 2017-0428). Het hof achtte bewezen dat de arts negen patiënten heeft mishandeld met zwaar lichamelijk letsel bij deze patiënten tot gevolg. Hem komt geen beroep toe op de medische exceptie. De arts is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 2 jaar, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar, onder de bijzondere voorwaarde dat hij geen medische verrichtingen uitvoert in binnen- of buitenland.
Annotaties
Verder maak ik u ook graag attent op onze annotaties. Dit keer treft u twee annotaties bij het tweede arrest van de Hoge Raad over de wijze van toepassing van de benadering van de verloren kans in medische aansprakelijkheidskwesties (GZR 2017-0383). De annotaties zijn van de hand van August Van (Beer advocaten) en Jonna De Clerck (Van Benthem en Keulen advocaten). Zij gaan allebei in op de rechtsregels die de Hoge Raad formuleerde, maar ieder op zijn/haar eigen manier. Lezenswaardig!
Nieuws
De afgelopen twee weken verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de gezondheidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar gzr-updates@boomdenhaag.nl.
Alvast een goed weekend.
Met vriendelijke groet,
Rolinka Wijne
Hoofdredacteur GZR Updates
Hoge Raad
- Hoge Raad Centraal in deze zaak staat de vraag of de elektronische verwerking van medische gegevens aanvaardbaar is uit het oogpunt van het medisch beroepsgeheim en de privacy van de patiënt. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de wijze waarop medische gegevens door middel van de zorginfrastructuur worden uitgewisseld aanvaardbaar is. 01-12-2017
- Hoge Raad In de onderhavige zaak gaat het om een factoringmaatschappij die het pandrecht heeft bedongen op alle bestaande en toekomstige vorderingen van een zorgaanbieder. Na het faillissement van de zorgaanbieder verkoopt de curator de bedrijfsactiviteiten, waarbij het onderhanden werk € 885.989 opbrengt. De factoringmaatschappij vordert een verklaring voor recht dat zij een pandrecht heeft verkregen op dat onderhanden werk. De Hoge Raad vernietigt het arrest van het hof waarmee het toewijzende vonnis van de rechtbank was vernietigd: de Wet marktordening gezondheidszorg noch de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst verzet zich ertegen dat tijdens een langdurige behandelrelatie tussentijds voor deelprestaties vorderingen tot loonbetaling ontstaan. 17-11-2017
Hof
- Gerechtshof Den Haag Deze zaak betreft het hoger beroep in de kwestie van de 'Haagse borstendokter'. Naar het oordeel van het Gerechtshof Den Haag is de arts tekortgeschoten in zijn praktijk- en kliniekvoering, op het gebied van het informed consent en ten aanzien van de medische behandeling/nazorg. Gelet op de aard van de gedragingen en het gevolg daarvan levert het bewezenverklaarde mishandeling met zwaar lichamelijk letsel tot gevolg op. De arts wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 2 jaar, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met als bijzondere voorwaarde een verbod tot het verrichten van medische ingrepen in binnen- en buitenland. Anders dan de rechtbank oordeelde (GZR 2014-0428), komt de arts geen beroep op de medische exceptie toe. Het hof oordeelt voorts dat de tuchtrechtelijke veroordeling van de arts niet leidt tot ne bis in idem 30-11-2017
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden In deze zaak wordt getoetst of de appellant (een Egyptische vluchteling met een verstandelijke beperking) tijdens zijn verblijf in de crisisopvang onrechtmatig van zijn vrijheid is beroofd dan wel onrechtmatig in zijn vrijheid is beperkt. De specifieke omstandigheden van dit geval maken, overeenkomstig de jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, volgens het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden dat appellant onrechtmatig van zijn vrijheid is beroofd. Appellant verblijft op een afdeling waar hij niet zelf naar buiten mag, zijn kamer 's nachts op slot gaat en hij gedurende de dag ook op zijn kamer moet verblijven. Hij verzet zich hier herhaaldelijk tegen. Zijn toestemming voor deze vrijheidsbeperking is tevens niet komen vast te staan en de vrijheidsbeperking is niet gebaseerd op een bij wet geregelde procedure (de WGBO omvat geen procedure voor vrijheidsbeneming). Dit levert strijd op met artikel 5 van het EVRM en er wordt een schadevergoeding van € 80 per dag toegewezen. 21-11-2017
- Gerechtshof Den Haag Centraal in deze zaak staat de vraag of Centramed aan haar verplichtingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens heeft voldaan in het kader van het verzoek van appellante om haar te informeren of haar betreffende persoonsgegevens worden verwerkt. Voorts wordt ingegaan op de vraag of aan appellante een afschrift van de opinie van de radioloog had moeten worden verstrekt. Het hof oordeelt in hoger beroep dat Centramed met de bedoelde overzichten niet volledig heeft voldaan aan haar wettelijke verplichting ingevolge artikel 35 lid 2 WBP. Wel stond het Centramed vrij om te weigeren appellante inzage te geven in de analyse van de radioloog. 03-10-2017
Rechtbank
- Rechtbank Oost-Brabant Een vrouw heeft in 1984 een borstvergroting ondergaan. Sinds 1997 heeft zij pijnklachten, wat ertoe heeft geleid dat de oorspronkelijke protheses in 1997, in 2000, in 2003 en in 2012 zijn vervangen. De vervanging in 2000 betreft een vervanging van de linkerprothese door een PIP-borstprothese. Deze blijkt bij de vervanging in 2012 te zijn gescheurd. De vrouw acht het ziekenhuis aansprakelijk omdat bij de uitvoering van de geneeskundige behandelingsovereenkomst door het ziekenhuis een ongeschikte hulpzaak is gebruikt, te weten de PIP-borstprothese. De rechtbank wijst de vordering af met honorering van de uitzondering van artikel 6:77 BW: toerekening van de tekortkoming door het gebruik van een ongeschikte zaak is in dit geval niet redelijk. 22-11-2017
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant Een man (masseur) die zich voordeed als arts en bij vrouwen (inwendige) onderzoeken verrichtte wordt veroordeeld tot 48 maanden gevangenisstraf. Er is geen sprake van verkrachting: als gevolg van misleiding is er wel sprake van een met een echte arts-patiëntrelatie vergelijkbare afhankelijkheid maar het dwingen door feitelijkheid, zoals artikel 242 Sr vergt, kan niet worden vastgesteld. Wel bewezen is ontucht als bedoeld in artikel 249 Sr, nu de man zich ook als masseur profileerde en massages verrichtte. 07-11-2017
- Rechtbank Limburg Een gynaecoloog verwijdert zonder informed consent de baarmoeder van een 35-jarige Poolse vrouw die nog zwanger wilde worden. Van het Regionaal Tuchtcollege kreeg de gynaecoloog een waarschuwing opgelegd. Volgens het tuchtcollege heeft de arts zijn zorgplicht niet nageleefd door niet aan zijn informatieplicht ten opzichte van de vrouw te voldoen, die zwaarder weegt nu sprake is van een taalbarrière. De rechtbank ziet geen reden om van dat oordeel af te wijken. Nu de vrouw geen kinderen meer kan krijgen is haar fundamentele recht tot zelfbeschikking aangetast. Daardoor is sprake van aantasting in de persoon ex artikel 6:106 lid 1 onder b BW en heeft de vrouw recht op smartengeld zonder dat nodig is dat geestelijk letsel is vastgesteld. De rechtbank wijst € 30.000 smartengeld toe. 18-10-2017
Tuchtcolleges
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven In deze zaak gaat het om een klacht tegen een huisarts wegens het verstrekken van vertrouwelijke informatie verkregen tijdens een fietsvakantie. Klager is niet-ontvankelijk nu er geen sprake is van een behandelrelatie en er niet is gehandeld in de hoedanigheid van arts. Ook is het verweten handelen niet komen vast te staan. 29-11-2017
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage In deze zaak gaat het om een klacht tegen een anesthesioloog. Klager klaagt over het feit dat de anesthesioloog klagers huisarts heeft geïnformeerd over een consult met klager. Het is echter de plicht van de anesthesioloog om de (verwijzend) huisarts als centraal schakelpunt te informeren. De klacht wordt afgewezen. 28-11-2017
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage In deze zaak gaat het om een verpleegkundige (verweerder) die een verklaring over klager heeft afgelegd ten overstaan van de Raad van de Kinderbescherming. Deskundigen dienen zeer terughoudend zijn in het geven van verklaringen die in juridische procedures worden gebruikt. Verweerder had minder stellig moeten zijn in zijn oordeel en heeft dit niet onderbouwd. De klacht is gegrond, verweerder krijgt een waarschuwing. 28-11-2017
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle In deze zaak gaat het om een klacht tegen een longarts (verweerder) in verband met het geven van een medische verklaring zonder klaagster zelf te hebben gezien of onderzocht. Verweerder krijgt een waarschuwing. 27-11-2017
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven In deze zaak gaat het om een klacht van de IGZ (thans IGJ i.o.) tegen een verpleegkundige (verweerder) wegens (seksueel) grensoverschrijdend gedrag. Verweerder heeft gedurende circa één jaar misbruik gemaakt van patiënte en de kwetsbare positie waarin zij zich bevond. De klacht is gegrond en de registratie van de verpleegkundige wordt doorgehaald. 24-11-2017
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle In deze zaak gaat het om een klacht van een apotheker tegen een andere apotheker over schending van het beroepsgeheim en andere regelgeving bij de overname van patiënten. Klager wordt niet-ontvankelijk verklaard wegens het ontbreken van een rechtstreeks belang. 24-11-2017
- Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg In deze zaak gaat het om een kinderarts die een melding doet bij Veilig Thuis zonder moeder en kind erbij te betrekken. Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg heeft een berisping opgelegd, omdat de kinderarts het stappenplan uit de KNMG-meldcode niet goed heeft gevolgd en de verklaring te zeer gekleurd was door de verklaring van grootmoeder. Het beroep wordt verworpen en het Centraal Tuchtcollege neemt het oordeel van het Regionaal Tuchtcollege grotendeels over. Een berisping is gepast en geboden. 21-11-2017
- Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg In deze zaak gaat het om een klacht van de IGZ (thans IGJ i.o.) tegen een orthopeed betreffende een links-rechtsverwisseling bij het plaatsen van een knieprothese. Het RTG verklaart alle klachtonderdelen gegrond en legt een berisping op. Het CTG verklaart één klachtonderdeel ongegrond, maar laat de maatregel van berisping in stand. 21-11-2017
- Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Klager heeft een Wmo-aanvraag voor ondersteuning bij de gemeente ingediend. Vervolgens heeft verweerder, arts, een rapportage opgesteld waarin medische informatie van klager is opgenomen. Klager verwijt verweerder onder meer dat het recht op privacy en geheimhouding van medische gegevens is geschonden. Het CTG verklaart dit klachtonderdeel gegrond en geeft de arts een waarschuwing. 21-11-2017
- Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg In deze zaak gaat het om een klacht tegen een apotheker. In beroep trekken klagers hun beroepschrift ter zitting in. De Wet BIG voorziet niet in de mogelijkheid om bij intrekking van beroep de behandeling voort te zetten op verlangen van degene over wie is geklaagd, nu klagers niet de klacht maar alleen hun beroep hebben ingetrokken. Het CTG staakt het beroep, nu de apotheker geen incidenteel beroep heeft ingesteld. 21-11-2017
- Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg In deze zaak gaat het om een klacht tegen de voorzitter van een raad van bestuur, tevens mdl-arts. Klager had ernstige problemen met het gehoor. Er is een cochleair implantaat (CI) geplaatst door een kno-arts in het ziekenhuis waar verweerder werkzaam is. Klager verwijt verweerder dat hij niet correct heeft gehandeld door niet op zijn brieven te antwoorden en zijn eigen belang boven dat van klager te stellen. Het CTG oordeelt klager niet-ontvankelijk wegens het ontbreken, althans onvoldoende, aanvoeren van gronden in het beroepschrift. 21-11-2017
- Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg In deze zaak gaat het om diverse klachten tegen een huisarts, waaronder de wijze waarop hij het medisch dossier heeft overgedragen aan een opvolgend huisarts. In beroep worden minder klachtonderdelen gegrond verklaard maar op grond van artikel 74 lid 5 Wet BIG wordt de maatregel van waarschuwing opgelegd. 21-11-2017
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle In deze zaak is een klacht ingediend tegen een specialist ouderengeneeskunde door klaagster, stiefdochter van patiënte, voorheen mentor en bewindvoerder van patiënte. Patiënte heeft haar laten ontslaan en de klacht is gericht tegen de arts vanwege de beoordeling van de wilsbekwaamheid van patiënte. Klaagster wordt echter niet geacht de wil van patiënte te vertegenwoordigen. De klacht is deels niet-ontvankelijk en deels kennelijk ongegrond. 20-11-2017
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven Klager is niet-ontvankelijk voor zover over de klachten in een eerdere tuchtzaak is beslist. Voor het overige zijn de klachten ongegrond. De internist hoefde niet te (laten) onderzoeken of sprake was van DPD-deficiëntie bij het voorschrijven van capecitabine. Er is voldoende informatie over deze medicatie verstrekt. 15-11-2017
- Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Ne bis in idem. Anders dan klager stelt, betreft de onderhavige klacht hetzelfde feitencomplex als een eerder ter beoordeling voorgelegde klacht. Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg heeft klager terecht niet-ontvankelijk verklaard in zijn klacht. Het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg verwerpt het beroep. 09-11-2017