Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe GZR Update aan.
Rechtspraak
Graag wijs ik u op de uitspraken onder aan deze nieuwsbrief. Ik licht er enkele voor u uit.
Valse verklaringen en de waarde van een proces-verbaal
De eerste uitspraak waar ik u op wijs, betreft een uitspraak van het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (GZR 2017-0358). Het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg oordeelde in overeenstemming met een eerdere uitspraak (GZR 2016-0024) dat een arts tuchtrechtelijk kan worden aangesproken in verband met het afleggen van een valse verklaring op (een eerdere) zitting (art. 47 lid 1 onder b Wet BIG). Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg had de klager dan ook ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard. Het Centraal Tuchtcollege achtte de klacht overigens ongegrond, omdat het aan het proces-verbaal niet meer waarde wilde hechten dan aan de verklaring van de arts in de onderhavige procedure; een proces-verbaal is ‘slechts’ een zakelijke weergave van hetgeen ter zitting is verklaard..., aldus het Centraal Tuchtcollege.
Schending concurrentieafspraak goede reden beëindiging samenwerking
De tweede zaak die ik onder uw aandacht breng, betreft een uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg (GZR 2017-0360). De voorzieningenrechter oordeelde dat het Zuyderland Medisch Centrum en het Medisch Specialistisch Bedrijf van dat ziekenhuis terecht de samenwerking met een orthopedisch chirurg hadden beëindigd (en dat met onmiddellijke ingang). De arts was voorbereidingen aan het treffen voor het opzetten van een zelfstandig behandelcentrum op het gebied van knie- en heupaandoeningen, maar overschreed daarmee de concurrentieafspraken.
Taxibus is een maatwerkvoorziening
Een volgende zaak die ik in deze nieuwsbrief wil vermelden gaat over de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (GZR 2017-0361). De Centrale Raad van Beroep oordeelde opnieuw met verwijzing naar rechtspraak betreffende de oude Wmo dat een vervoersvoorziening in de vorm van collectief vervoer (Taxibus) aangemerkt kan worden als een maatwerkvoorziening. Ook onder de Wmo 2015 geldt immers dat een op het individu gericht onderzoek nodig is om vast te stellen dat de betrokkene niet of onvoldoende gebruik kan maken van het openbaar vervoer en dat hij daarom voor zijn zelfredzaamheid of participatie op een maatwerkvoorziening is aangewezen. De vraag die de Centrale Raad van Beroep moest beantwoorden is of met de Taxibus een passende bijdrage wordt geleverd aan het realiseren van een situatie waarin de betrokken vrouw in staat wordt gesteld tot zelfredzaamheid of participatie en zo lang mogelijk in de eigen leefomgeving kan blijven. De Centrale Raad van Beroep beantwoordde deze vraag bevestigend.
Eisen herregistratie huisarts
Hoewel er nog veel meer interessante uitspraken te vermelden zijn, waaronder ook een aantal strafzaken, wijs ik u tot slot alleen nog op een uitspraak van de Rechtbank Den Haag (GZR 2017-0371). Aan de rechtbank lag ter beoordeling de vraag voor of de huisarts in kwestie voor herregistratie in het BIG-register in aanmerking kwam. De Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten had eerder geoordeeld dat dit niet het geval was; de huisarts had in de referteperiode alleen in een penitentiaire inrichting gewerkt. De rechtbank was het met de registratiecommissie eens. Daartoe overwoog de rechtbank onder meer dat uit het Besluit huisartsgeneeskunde volgt dat huisartsgeneeskundige zorg vanuit een huisartsenpraktijk moet worden verleend en aan een aantal specifieke kenmerken moet voldoen. Daarnaast wordt een duidelijk onderscheid gemaakt tussen huisartsgeneeskundige zorg en algemeen medische zorg ten aanzien van onder meer gedetineerden. De registratiecommissie had de aanvraag dan ook terecht afgewezen op de grond dat de arts niet had voldaan aan het vereiste om minimaal acht uren per week werkzaam te zijn in een algemene huisartsenpraktijk. Zijn (eerdere) ervaring als huisarts is geen omstandigheid die noopt tot afwijking van het toetsingskader. De rechtbank oordeelde daarnaast dat geclausuleerde herregistratie thans niet meer mogelijk is; de Wet BIG biedt geen mogelijkheid voor verankering van een geclausuleerde specialistenregistratie.
Annotaties
In verband met het belang van de uitspraken van het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam van 4 juli jl. (GZR 2017-0276) over de rol van de hulpverlener in het aansprakelijkheidstraject vindt u deze keer twee annotaties toegevoegd. De eerste annotatie is van de hand van Maurice Mooibroek (KBS advocaten) en staat deze week op onze homepage. Maurice belicht de zaak vanuit de vraag wanneer sprake kan zijn van misbruik van het tuchtrecht en geeft zijn visie op het oordeel van de tuchtrechter dat het tot de professie van de hulpverlener behoort om zich met het aansprakelijkheidstraject te bemoeien als blijkt dat de beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar zich op onzorgvuldige wijze gedraagt (in dit geval tegen beter weten in aansprakelijkheid van de hand wijzen en niet bevoorschotten).
De tweede annotatie is van de hand van Jørgen Simons (Leijnse Artz advocaten) en verschijnt volgende week op de homepage. Jørgen betrekt de Gedragscode Openheid medische incidenten; betere afwikkeling Medische Aansprakelijkheid (GOMA) in zijn annotatie en uiteraard geeft ook hij zijn visie op het eerder omschreven oordeel van de tuchtrechter.
Beide annotaties kan ik u van harte aanbevelen!
Nieuws
De afgelopen twee weken verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website. Belangrijk nieuws betreft de bekendmaking van de nieuwe bewindslieden (kabinet Rutte III). Voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport zal Hugo de Jonge (CDA) zijn plek als minister innemen. Daarnaast wordt Bruno Bruins (VVD) minister voor Medische Zorg. Paul Blokhuis (ChristenUnie) wordt de nieuwe staatssecretaris.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de gezondheidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar gzr-updates@boomdenhaag.nl.
Alvast een goed weekend.
Met vriendelijke groet,
Rolinka Wijne
Hoofdredacteur GZR Updates
Hoge Raad
- Hoge Raad De Hoge Raad herhaalt in deze zaak dat een alcoholverslaving alleen dan een geestesstoornis in de zin van de Wet Bopz is wanneer die hetzij gepaard gaat met een echte psychiatrische stoornis, hetzij een zodanig ernstige vorm heeft dat die alcoholverslaving de gevaarvolle daden van de patiënt overwegend beheerst. De zaak is terugverwezen naar de rechtbank ter verdere behandeling. 13-10-2017
- Hoge Raad In deze zaak komen de volgende vragen aan de orde: wanneer mag een onderzoekend psychiater bij een patiënt, die weigert zich te laten onderzoeken, toch een geneeskundige verklaring afgeven? Wanneer mag de rechtbank in zo’n geval toch een machtiging afgeven? Wat is in het kader van de Wet Bopz te verstaan onder ’gevaar’ en ’maatschappelijke teloorgang’? De Hoge Raad doet de zaak af op grond van artikel 81 RO, maar de A-G beantwoordt in de conclusie bovenstaande vragen. 13-10-2017
Hof
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Hoger beroep van GZR 2015-0489. Een man krijgt een MoM-heupprothese en ontwikkelt daarna klachten. Een tweede operatie voorkomt niet dat hij kreupel wordt en blijvend arbeidsongeschikt geraakt. De man stelt het ziekenhuis, de arts en de producent van de prothese aansprakelijk. Volgens de man was de prothese gebrekkig en zijn er beroepsfouten gemaakt door de arts en het ziekenhuis. De rechtbank acht geen causaal verband aanwezig tussen de klachten van de man en de MoM-prothese: de klachten hebben een andere oorzaak en eventuele beroepsfouten zijn overigens onvoldoende onderbouwd. In appèl zet de man al zijn geld op de gebrekkigheid van de prothese. Het hof onderschrijft echter de visie van de rechtbank dat er geen causaal verband is en bekrachtigt het vonnis in eerste aanleg. 03-10-2017
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Een huisartsenpost zegt de overeenkomst met een waarnemend huisarts wegens diens disfunctioneren op. De rechtbank stemt daar mee in. Het hof legt de term ‘disfunctionerende huisarts’ uit en acht niet aangetoond dat de waarnemend huisarts in die zin tekort is geschoten. Wel mocht Dokterswacht het contract vanwege ondermaatse bejegening en problemen omtrent geheimhoudingsplicht opzeggen met inachtneming van een opzegtermijn, die het hof in dit geval op drie maanden stelt. 29-08-2017
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Kaakchirurgie bv zegt de samenwerkingsovereenkomst met een kaakchirurg op. De kaakchirurg accepteert dat niet en stelt dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst, terwijl Kaakchirurgie bv stelt dat er sprake is van een opdrachtovereenkomst. Kantonrechter en hof oordelen dat er meer elementen van een opdrachtovereenkomst zijn dan van een arbeidsovereenkomst. 29-08-2017
Rechtbank
- Rechtbank Overijssel Een huisarts wordt veroordeeld voor ontucht met een patiënte – na een eis van een gevangenisstraf van één jaar – tot een gevangenisstraf voor de duur van één dag en een taakstraf van 100 uur. De rechtbank betrekt daarbij de context van de feiten, het per direct moeten neerleggen van de praktijk en een tuchtrechtelijke maatregel. 19-10-2017
- Rechtbank Overijssel Een tandarts (32 jaar oud) wordt wegens ontuchtige handelingen in zijn praktijk met twee patiënten die zich aan zijn zorg in het kader van een tandheelkundige behandeling hadden toevertrouwd, veroordeeld – na een eis tot onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van zes maanden – tot een gevangenisstraf voor de duur van twee maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar en een taakstraf van 180 uur. De rechtbank wijst hierbij op de doorwerking van een (gedeeltelijk voorwaardelijke) schorsing door de IGZ en de negatieve publiciteit die deze zaak voor de tandarts heeft meegebracht. 10-10-2017
- Rechtbank Midden-Nederland Ontucht door iemand die werkzaam is in de gezondheidszorg met iemand die zich als patiënt aan zijn zorg heeft toevertrouwd en belaging leiden tot een gevangenisstraf van twaalf maanden, waarvan acht maanden voorwaardelijk. Tevens wordt ontzetting uit het beroep van fysiotherapeut c.a. voor de duur van vijf jaar opgelegd. Het verweer van het bestaan van een liefdesrelatie wordt verworpen. 02-10-2017
- Rechtbank Gelderland Degene die aanspraak maakt op een maatwerkvoorziening (Wmo 2015) moet tijdens het onderzoek zo volledig mogelijk gegevens over zichzelf en over zijn leefomgeving verstrekken. Bij gebreke hiervan kan het college van burgemeester en wethouders niet vaststellen of een maatwerkvoorziening geïndiceerd is en zo ja, welke. Voorts volgt uit artikel 2.3.8 derde lid van de Wmo 2015 dat de cliënt een algemene medewerkingsverplichting heeft die ziet op alle mogelijke vormen van medewerking. 19-09-2017
- Rechtbank Noord-Holland Ondanks de invoering van artikel 30p Rv per 1 september 2017 kan in Bopz-zaken nog steeds onmiddellijk na de mondelinge behandeling uitspraak worden gedaan. 15-09-2017
- Rechtbank Noord-Holland Uit de uitspraken van de Centrale Raad van Beroep van 18 mei 2016 volgt dat aan de vermindering van normtijden een deugdelijk, op objectieve criteria steunend onderzoek ten grondslag dient te liggen. Gelet hierop is de verlaging van de normtijden uitsluitend op grond van budgettaire redenen volgens de rechtbank niet geoorloofd. Het college van burgemeester en wethouders kan door een toereikend objectief en onafhankelijk onderzoek de normtijden achteraf onderbouwen. 04-09-2017
- Rechtbank Limburg In deze zaak gaat het om een kort geding waarin is geoordeeld dat het Zuyderland MC en het MSB van dat ziekenhuis terecht de samenwerking met een orthopedisch chirurg per direct hebben beëindigd. De arts was voorbereidingen aan het treffen voor het opzetten van een zelfstandig behandelcentrum op het gebied van knie- en heupaandoeningen, maar overschreed daarmee de concurrentieafspraken met zowel het Zuyderland MC als het MSB van dat ziekenhuis. 31-08-2017
- Rechtbank Den Haag Voor de herregistratie van een huisarts moeten in de referteperiode werkzaamheden worden verricht die voldoen aan de vereisten van het Besluit huisartsgeneeskunde. Jarenlange ervaring als huisarts buiten deze periode is geen bijzondere omstandigheid die noopt tot afwijking daarvan. Geclausuleerde herregistratie is niet (langer) mogelijk onder de Wet BIG. 29-08-2017
- Rechtbank Limburg De kantonrechter oordeelt dat er een arbeidsovereenkomst bestaat tussen zorgverlener en pgb-zorgvrager. De bewindvoerder heeft de overeenkomst opgezegd en de kantonrechter veroordeelt pgb-zorgvrager tot (na)betaling van loon, gefixeerde schadevergoeding en transitievergoeding. Het beroep op de bijzondere aard van de arbeidsverhouding faalt. 21-07-2017
- Rechtbank Rotterdam Een patiënt vordert van zijn voormalige tandarts de kosten van de herstelbehandeling van zijn gebit bij een andere tandarts en betaalt een oude nota niet. De patiënt was bij zijn oude tandarts weggegaan omdat deze zich – gebrekkig – had bemoeid met de vergoeding van de behandeling door de zorgverzekeraar en de patiënt onjuist had ingelicht over de uitkomst daarvan. Overleg met de zorgverzekeraar over vergoedingen behoort volgens de rechtbank niet tot de zorgtaak van een hulpverlener, maar nu de tandarts dat wel heeft gedaan, maar niet op een juiste wijze, is zij haar zorgplicht ex artikel 7:453 BW niet naar behoren nagekomen. De patiënt was door de bemoeienis van de tandarts echter niet van de verplichting ontslagen zelf ook onderzoek te doen naar de vergoeding van zijn tandartskosten. De rechtbank verdeelt de schade gelijkelijk over de partijen. 14-07-2017
- Rechtbank Oost-Brabant Werknemer is op non-actief gesteld omdat de werkrelatie ernstig verstoord zou zijn. Werknemer heeft tevergeefs in een kort geding wedertewerkstelling gevorderd. Werkgever verzoekt vervolgens ontbinding van de arbeidsovereenkomst in verband met onder andere overschrijding van de gedragscode, gezagsondermijnend gedrag en pestgedrag van werknemer jegens collega’s. De kantonrechter oordeelt dat werkgever onvoldoende heeft aangetoond dat hervatting van de werkzaamheden niet mogelijk is. Werkgever krijgt een bewijsopdracht. 18-05-2016
Centrale Raad van Beroep
Tuchtcolleges
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam In deze zaak gaat het om een klacht tegen een huisarts en een huisarts in opleiding. Patiënt had lange tijd last van pijn in het kaak-/oorgebied. De huisartsen zouden hebben geweigerd deze klachten serieus te nemen en de nodige onderzoeken te doen, waardoor de tumor in de kaak en de galwegkanker te laat is ontdekt. De klachten zijn ongegrond maar het RTG beveelt wel aan de organisatie van de huisartsenpraktijk kritisch tegen het licht te houden. 28-11-2017
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage In deze zaak gaat het om een klacht tegen een verloskundige over de zorgverlening tijdens de zwangerschap van klaagster. Het RTG oordeelt dat de door de verloskundige verrichte diagnostiek voldoende was en dat de wijze van praktijkinrichting geen bedenkingen ontmoet. Dat binnen de maatschap van de verloskundige tijdens de zwangerschap van klaagster niet volgens de GROW-methode werd gewerkt, is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. De klacht is afgewezen. 17-10-2017
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam In deze zaak gaat het om een klacht tegen een longarts. Er zou tegen de wil van klager door een arts-assistent een bronchoscopie zijn uitgevoerd. De longarts betwist de gang van zaken. De feiten zijn niet meer vast te stellen, waarbij het RTG meeweegt dat er in het ziekenhuis geen informed consent-formulier bestaat voor bronchoscopieën. De klacht wordt afgewezen. 17-10-2017
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven Klaagster verwijt een anesthesioloog dat hij zich jegens klaagster en haar familie onprofessioneel, arrogant en agressief heeft gedragen en dat hij weigerde mee te werken aan een second opinion over de medische toestand van patiënt. Hij krijgt een waarschuwing. 16-10-2017
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle In deze zaak gaat het om een patiënt (klager) die een anesthesioloog/pijnbestrijder een onzorgvuldige behandeling van een triggerpoint verwijt. Er is echter geen gouden standaard voor de lokalisatie van een triggerpoint. De klacht wordt afgewezen. 16-10-2017
- Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg In deze zaak stelt klager dat een arts een valse verklaring heeft afgelegd tijdens de zitting van het CTG. Het RTG verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn klacht. Het CTG acht klager wel ontvankelijk, maar wijst de klacht af. Het proces-verbaal van een zitting is 'slechts' een zakelijke weergave van hetgeen op een zitting is verklaard, aldus het CTG. 12-10-2017
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage In deze zaak gaat het om een huisarts die is tekortgeschoten in zijn informatieplicht aan een patiënte en haar familie en het geven van aandacht, ondersteuning en begeleiding. De klacht is gegrond, de huisarts krijgt een waarschuwing 10-10-2017
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle In deze zaak gaat het om een klacht tegen een uroloog. De uroloog heeft de bij patiënt verrichte diagnostische URS onvoldoende voorbereid door na te laten overleg te voeren met de interventieradioloog of de vaatchirurg. Hij krijgt een waarschuwing. 10-10-2017
- Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg In deze zaak gaat het om een klacht van de IGZ over het gedrag van een verpleegkundige. De verpleegkundige wordt seksueel grensoverschrijdend gedrag ten opzichte van een patiënte en rolvermenging als gevolg van het optreden als hulpverlener in de thuissituatie van patiënte verweten. Het RTG acht de klacht gegrond en beveelt de doorhaling van de inschrijving van de verpleegkundige in het BIG-register. Het CTG verwerpt het beroep van de verpleegkundige tegen de zwaarte van de maatregel. 28-09-2017