Naar boven ↑

Update

Nummer 4, 2015
Uitspraken van 06-02-2015 tot 19-02-2015
Redactie: mr. dr. R.P. Wijne, mr. L. Beij, mr. drs. R.M. Bertens, mr. J.W. Bosman, mr. M. Christe, mr. A.C. de Die, mr. M.A. Goldschmidt, mr. J.F. Groen, mr. N.A.D. Groot, mr. I.W. Hanemaaijer, mr. M.M. Hofstee, mr. A. Jagt, mr. J.M. Janson, mr. drs. C. van der Kolk, mr. X.R. van der Kruk-Ras, mr. I.J. de Laat, mr. E. Lam, mr. M. Martin, mr. A.M. De Nijs, mr. C. Pluijgers, mr. T.R. Riemersma, mr. A. Rube, mr. D. Schuurman, mr. S. Snelder, mr. C. Velink, mr. C.W.M. Verberne, mr. H.B.M. Vrieling, mr. J.M. de Vries, mr. D. van der Wal en mr. K.S. Waldron.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u een nieuwe GZR Update aan. 

Rechtspraak
Graag wijs ik u op de uitspraken onder aan deze nieuwsbrief. Ik licht er enkele voor u uit.

Verzwaard adviesrecht bij reality tv
De eerste uitspraak betreft er één van de Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden (LCvV) in het kader van een besluit van de zorgaanbieder om mee te werken aan een reality tv-serie (GZR 2015-0065). De zorgaanbieder in kwestie is gevestigd op twee locaties en was mening dat hij voldoende had gedaan door de cliëntenraad van de ene locatie bij zijn besluitvorming te betrekken. Aan de LCvV werd nu de vraag voorgelegd of ook de cliëntenraad van de andere locatie om advies had moeten worden gevraagd. Ja, zo oordeelt het LCvV; beide cliëntenraden hebben ter zake van de wijziging van het privacyprotocol een verzwaard adviesrecht overeenkomstig artikel 3 lid 1 sub l Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen. Er had dus op dezelfde wijze naar die tweede cliëntenraad moeten worden geluisterd. Nu dit niet is gebeurd, is terecht een beroep op de nietigheid door de cliëntenraad gedaan en is het besluit door de zorgaanbieder niet rechtsgeldig genomen.

‘In de hoedanigheid van arts’ ruimere betekenis
Een tweede zeer lezenswaardige uitspraak betreft die van het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (CTG) inzake de arts die twee drugsverslaafden opdracht had gegeven om in het huis van zijn ex-echtgenote brand te stichten (GZR 2015-0068). Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (RTG) te Zwolle had de klagende Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) niet-ontvankelijk verklaard, omdat de arts het handelen in privé had begaan. Het CTG oordeelde echter anders en volgde daarbij de motivering van de IGZ: het handelen van deze arts getuigt van een zo ernstig gebrek aan respect voor het leven en de gezondheid van een medemens dat het de hoedanigheid van arts direct raakt. Een arts dient te allen tijde op respectvolle wijze om te gaan met de gezondheid en het leven van degene die aan zijn zorg is toevertrouwd en het handelen van de arts tast het vertrouwen dat hij daartoe in staat is, wezenlijk aan. Daarom brengen volgens het CTG een redelijke uitleg van de tweede tuchtnorm en van de woorden ‘in die hoedanigheid’ mee dat deze norm in dit geval - waarin niet in de uitoefening van die hoedanigheid is gehandeld - van overeenkomstige toepassing is, zodat de arts ook tuchtrechtelijk verantwoordelijk kan worden gehouden voor dat handelen.

Apothekersketen moet worden toegelaten tot verband huisartsen en apotheek
Een derde lezenwaardige uitspraak gaat over de toelating van een landelijke keten van apotheken tot het elektronisch netwerk van huisartsen en een apotheek te Zierikzee. Deze laatsten weigeren de toelating, hetgeen uitmondde in een kort geding. De voorzieningenrechter oordeelde dat de landelijke keten niet mocht worden geweigerd. Wel mag er nog worden onderhandeld over de voorwaarden, aldus de rechter. De onderhandelingen bleken vervolgens aanleiding tot een executieprocedure eindigend in een procedure bij het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch (GZR 2015-0071). Het hof oordeelde ter finale beslechting van het geschil dat in zijn ogen uitvoerig was gegeven aan de eis met elkaar te onderhandelen. Dat na het verstrijken van een maand na het vonnis voorwaarden worden bijgesteld is inherent aan onderhandelingen. Dat aanvankelijk een eis werd gesteld die volgens de Nederlandse Zorgautoriteit niet mocht en dus onredelijk of discriminatoir zou zijn, doet daaraan voorts niet af, aldus het hof.

Bestuurder Slotervaart terecht ontslagen en schadevergoeding verschuldigd
Een in het oog springende zaak is voorts de kwestie van de bestuurder van het Slotervaartziekenhuis. Op 27 maart 2013 is deze bestuurder door de algemene vergadering van aandeelhouders per direct ontslagen als statutair bestuurder en is de overeenkomst tussen haar en Slotervaartziekenhuis per direct beëindigd met een financiële compensatie gelijk aan een opzegtermijn van twee maanden. De bestuurder heeft het ontslag en de opzegging aangevochten, hetgeen heeft geleid tot een procedure in conventie en reconventie bij de Rechtbank Amsterdam (GZR 2015-0076). De rechtbank is alles overwegende tot het oordeel gekomen dat het ontslag niet kennelijk onredelijk was en dat de bestuurder onrechtmatig heeft gehandeld jegens het Slotervaartziekenhuis, waardoor zij in totaal een bedrag van € 1,7 miljoen aan het Slotervaartziekenhuis verschuldigd is.

Zwaarlijvigheid kan ‘handicap’ in de zin van Richtlijn 2000/78/EG zijn
Tot slot wijs ik u op een uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (GZR 2015-0077). In een kwestie aangaande het ontslag van een zwaarlijvige kinderoppas werd door de Deense rechter aan het Hof de vraag gesteld of discriminatie op grond van zwaarlijvigheid op de arbeidsmarkt in strijd met het Unierecht is.
Het Hof stelt vast dat geen enkele Europeesrechtelijke bepaling een verbod op discriminatie op grond van zwaarlijvigheid bevat. In het afgeleide recht van de Unie is evenmin een beginsel van non-discriminatie op grond van zwaarlijvigheid neergelegd. Het voorgaande neemt niet weg dat zwaarlijvigheid mogelijk kan worden aangemerkt als ‘handicap’ in de zin van Richtlijn 2000/78/EG. ‘Handicap’ moet worden opgevat als een beperking die met name het gevolg is van langdurige lichamelijke, geestelijke of psychische aandoeningen die in wisselwerking met diverse drempels de betrokkene kunnen beletten volledig, daadwerkelijk en op voet van gelijkheid met andere werknemers aan het beroepsleven deel te nemen. Dit begrip ‘handicap’ heeft niet alleen betrekking op de onmogelijkheid om een beroepsactiviteit uit te oefenen, maar ook op belemmeringen bij het uitoefenen van een dergelijke activiteit. Het is nu vervolgens aan de Deense rechter om vast te stellen of sprake is van een handicap zoals hiervoor bedoeld.

Annotaties
Verder maak ik u ook graag attent op onze annotaties. Deze keer is er een annotatie van de hand van Bas van Schelven bij een uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (GZR 2014-0466). Bas schrijft over de vrije artsenkeuze – wat is dat eigenlijk? En regardeert de vrije keuze eigenlijk alleen de relatie art-patiënt? U leest de annotatie hier.

Scripties
Een nieuwe scriptie is er van de hand van Iris van der Worp. Zij zet de voor- en nadelen van een no fault compensatiesysteem uiteen en beantwoordt de vraag of Nederland een dergelijk systeem zou moeten overwegen.

Nieuws
De afgelopen twee weken verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website. Zekerheidshalve wijs ik u op de nieuwe plannen van de Minister van VWS betreffende artikel 13 Zorgverzekeringswet. Kern van het nieuwe plan is dat patiënten een lager eigen risico kunnen krijgen als ze in zee gaan met een zorgverlener die door hun zorgverzekeraar is uitgekozen. De minister denkt dat de verzekeraars dan tegen een scherpere prijs zorg inkopen. De oppositie ziet vooralsnog geen heil in de plannen, maar de VVD en de PvdA lijken enthousiast.

Gezondheidsrecht cursussen live volgen vanaf uw werkplek?
Volg een cursus ‘GZR Actueel en verdiept’, live webinars inclusief PO-punten. In twee uur tijd en op hoog niveau wordt u bijgepraat over de laatste ontwikkelingen binnen het gezondheidsrecht. U kunt daarbij denken aan jurisprudentie, wetsvoorstellen of belangwekkende tijdschriftartikelen.
Data: 2 april; 18 juni; 15 oktober; 3 december
Kosten: € 138 excl. BTW per webinar (2 PO-punten)
Meer informatie en inschrijven

Aanbieding ‘4 halen - 3 betalen’
Indien u de vier webinars in 1x afneemt, betaalt u er maar 3. Volgt u deze 4 cursussen dan ontvangt u 8 PO punten voor € 414,- ex BTW, zijnde € 51,75 ex BTW per PO punt. U kunt ook per webinar inschrijven. Aan een webinar zijn 2 PO-punten verbonden.
Aanmelden voor 4 webinars

Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de gezondheidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden. Wij stellen dat erg op prijs.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar gzr-updates@budh.nl.

Alvast een goed weekend.

Met vriendelijke groet,

Rolinka Wijne
Hoofdredacteur GZR Updates

Hof van Justitie van de Europese Unie

Hof

Rechtbank

Tuchtcolleges