Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe GZR Update aan.
Rechtspraak
Graag wijs ik u op de uitspraken onder aan deze nieuwsbrief. Ik licht er enkele voor u uit.
Beleidsregel NZa te restrictief
Een eerste uitspraak waar ik u op wijs, is afkomstig van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (GZR 2015-0303). Zorgverlener ‘PuurZuid’ vocht in rechte de ‘Beleidsregel compensatie vaste activa AWBZ en GGZ in verband met invoering normatieve huisvestingscomponent’ van de Nederlandse Zorgautoriteit aan. Deze beleidsregel voorziet in de mogelijkheid voor zorgaanbieders om onder voorwaarden versneld te kunnen afschrijven op de resterende boekwaarde van vaste activa. Het beroep had succes. Het College achtte de beleidsregel te restrictief geformuleerd met betrekking tot de voor compensatie in aanmerking komende gevallen en daarom in strijd met het rechtszekerheidsbeginsel en het verbod van willekeur.
Kennisname stukken fraudeonderzoek alleen met toestemming
Een tweede uitspraak waar ik u op wijs, ziet op het handelen van een bedrijfsarts (GZR 2015-0304). De uitspraak is afkomstig van het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te ’s-Gravenhage en lezenswaardig omdat daarin een oordeel is vervat over het gebruik van gegevens uit een fraudeonderzoek bij een geneeskundige beoordeling in het kader van een arbeidsongeschiktheidsverzekering. Het college oordeelde dat de bedrijfsarts door kennisname en gebruik van beeldmateriaal in strijd handelde met de zorg die hij ten opzichte van de onderzochte persoon behoorde te betrachten. Het primaire doel van het onderzoek in opdracht van de verzekeraar was gericht op het achterhalen van eventuele fraude en niet op een verzekeringsgeneeskundige beoordeling. De informatie uit het onderzoek had dan ook niet voor dit laatstgenoemde doel gebruikt mogen worden dan met toestemming van de onderzochte persoon, aldus het tuchtcollege. Hij werd gewaarschuwd.
Andere oordelen over bedrijfsartsen en de omschrijving van de norm waaraan zij moeten voldoen, treft u aan in opvolgende uitspraken van hetzelfde tuchtcollege (GZR 2015-0305; GZR 2015-306; GZR 2015-307).
Ongeschikt wegens geestelijke gesteldheid
Een belangwekkende uitspraak in een zaak waarvan u de casus vast kent, is afkomstig van het College van Medisch Toezicht (GZR 2015-0309). Onderwerp van het primaire verzoek van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) om de inschrijving van de arts door te halen en bij wijze van voorlopige voorziening een schorsing van zijn inschrijving in het BIG-register op te leggen, is de arts die gepoogd heeft door middel van (opdracht tot) brandstichting zijn ex-echtgenote om het leven te brengen. De arts werd in 2005 door het Gerechtshof ’s-Gravenhage veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijftien jaar wegens het medeplegen van poging tot moord (ECLI:NL:GHSGR:2005:AT3414). De IGZ diende vervolgens in 2013 een tuchtklacht in. Deze klacht leidde in eerste aanleg tot een niet-ontvankelijkverklaring van de IGZ (GZR 2014-0041). De IGZ stelde tegen deze beslissing beroep in. Het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg oordeelde begin 2015 dat de klacht ontvankelijk was en tevens gegrond (GZR 2015-0068). De arts werd echter geen maatregel opgelegd, omdat het gewraakte handelen meer dan twaalf jaar geleden had plaatsgevonden, de arts een gevangenisstraf opgelegd had gekregen die voor het grootste deel ten uitvoer was gelegd, en omdat de arts in de periode van detentie een resocialisatieprogramma gericht op het hervatten van zijn werkzaamheden als (alternatief) arts had gevolgd en op grond daarvan in 2012 als basisarts aan het werk was gegaan. De weigering mee te werken aan een geneeskundig onderzoek naar de geestelijke gesteldheid van de arts leidde echter tot het onderhavige verzoek van de IGZ, dat door het College van Medisch Toezicht werd toegewezen. Het college is van oordeel dat de arts wegens zijn geestelijke gesteldheid ongeschikt is voor het uitoefenen van het beroep als arts en dat het stellen van bijzondere voorwaarden de patiëntveiligheid onvoldoende kan waarborgen. Aldus is een doorhaling van de inschrijving uitgesproken evenals de onmiddellijke schorsing.
Geen vraag naar de zorgvuldigheid wel naar de professionele standaard
Een volgende uitspraak waar ik u op wijs, betreft een oordeel van de Rechtbank Amsterdam over de vraagstelling aan een medisch deskundige (GZR 2015-0319). De overwegingen van de rechtbank zijn relevant tegen de achtergrond van een reeds lang bestaande discussie over de vraag of het al dan niet opportuun is aan een medisch deskundige een oordeel te vragen over de mate van zorgvuldigheid waarin de arts heeft gehandeld. De rechtbank oordeelde dat aan de deskundige niet zal worden gevraagd of door de behandelend artsen zorgvuldig is gehandeld; dat oordeel is voorbehouden aan de rechtbank. De rechtbank achtte het wel opportuun de vraag voor te leggen of en in hoeverre het handelen van de behandelend artsen in overeenstemming is (geweest) met de geldende medische standaard. Het oordeel van de deskundige op dit punt staat er niet aan in de weg dat de rechtbank vervolgens een zelfstandige afweging zal (moeten) maken of en in hoeverre door de behandelend artsen is gehandeld in strijd met hetgeen van redelijk handelende en redelijk bekwame vakgenoten mocht worden verwacht. Bij de beantwoording van die vraag zal evenwel met name van belang zijn of is gehandeld in strijd met de ten tijde van de behandeling geldende medische professionele standaard en het ligt voor de hand om daarbij het oordeel van de deskundige te betrekken, aldus de rechtbank.
Reflexwerking WNT en een afwijking wegens evident onbillijke uitkomst
Een volgende uitspraak waar ik u op wijs, ziet op een arbeidsgeschil tussen een zorginstelling en haar directeur (GZR 2015-0329). Vertrouwen in de directeur was er niet meer, reden waarom de kantonrechter is verzocht de arbeidsovereenkomst te ontbinden. De kantonrechter wees dit verzoek toe. Ten aanzien van de vergoeding is overwogen dat de directeur moest worden aangemerkt als een topfunctionaris als bedoeld in de WNT. De kantonrechter overwoog daarbij dat de directeur weliswaar terecht had aangevoerd dat de kantonrechter bij de vaststelling van een vergoeding op grond van artikel 7:685 BW niet gebonden is aan de WNT, maar dat dat nog niet betekende dat aan de WNT geen betekenis toekomt. In dit geval was er echter voldoende grond om af te wijken van het maximumbedrag van de WNT, omdat de zorginstelling het gestelde disfunctioneren van de directeur niet aannemelijk had gemaakt en toekenning van een vergoeding van maximaal € 75.000 tot een evident onbillijke uitkomst leidde. De vergoeding werd op een bedrag van € 150.000 gesteld.
Wel/geen discriminatie bij beëindiging arbeidsovereenkomst
Twee laatste uitspraken zijn afkomstig van het College voor de Rechten van de Mens. In de eerste zaak oordeelde het college dat het ziekenhuis in kwestie een kinderarts met een chronische ziekte discrimineerde door de arbeidsovereenkomst om die reden te beëindigen (GZR 2015-0333). In de tweede zaak oordeelde het college dat er niet was gediscrimineerd bij de beëindiging van de arbeidsovereenkomst met een verpleegkundige; er was niet gebleken van feiten die deden vermoeden dat de arbeidsovereenkomst vanwege haar zwangerschap was beëindigd, aldus het college (GZR 2015-0334).
Annotaties
Ik wijs u ook graag op onze annotaties. Deze keer is er een lezenswaardige noot van de hand van onze annotator Jørgen Simons (Leijnse Artz, Rotterdam) bij de uitspraak van het College van Medisch Toezicht (GZR 2015-0309). Jørgen zet de feiten helder uiteen en deelt zijn kritische blik op de procedurele gang van zaken in deze kwestie.
Scripties
Verder maak ik u ook graag attent op onze scripties. Fleur Verstegen (UvA) deed onderzoek naar de wenselijkheid om het loondienstmodel te laten prevaleren (boven het samenwerkingsmodel en/of participatiemodel) met het oog op een goede rol en positie van medisch specialisten in de besturing van ziekenhuizen. Een bijzonder mooi resultaat!
Nieuws
De afgelopen twee weken verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de gezondheidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar gzr-updates@budh.nl.
Alvast een goed weekend en een nog voortdurende mooie zomer gewenst.
Met vriendelijke groet,
Rolinka Wijne
Hoofdredacteur GZR Updates
Hof
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Appèlprocedure over aansprakelijkheid chirurg voor uitvoering galblaasoperatie. Het hof komt tot het oordeel dat de chirurg onzorgvuldig heeft gehandeld door de hoofdgalweg af te binden. Het hof verwijst de zaak naar de rol zodat partijen zich over het vervolg van de procedure kunnen uitlaten. 21-07-2015
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Partijen moeten dooronderhandelen en, indien dat mislukt, dienen zij het NAI in te schakelen om te laten bepalen hoe de samenwerking beëindigd dient te worden. 14-07-2015
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Werkgever is op grond van artikel 7:628 lid 1 BW (oud) loon verschuldigd omdat het niet werken redelijkerwijs voor rekening van werkgever behoort te komen. Uurloon inclusief vakantiegeld en premies en afdrachten. 14-07-2015
- Gerechtshof Amsterdam Appèlprocedure over aansprakelijkheid ziekenhuis in verband met borstreconstructie. Het hof overweegt dat de patiënte haar stellingen onvoldoende heeft onderbouwd en neemt een fout van de plastisch chirurg dan ook niet aan. Ook neemt het hof niet aan dat patiënte bij meer of andere informatie van de borstreconstructie zou hebben afgezien. 24-03-2015
Rechtbank
- Rechtbank Amsterdam De onderhavige procedure betreft een verzoek om een voorlopig deskundigenbericht in een medische aansprakelijkheidskwestie. Partijen zijn verdeeld over de vraagstelling. De vraag of de behandelend artsen zorgvuldig hebben gehandeld wordt door de rechtbank niet gesteld. Wel of het handelen in overeenstemming is geweest met de professionele standaard. 16-07-2015
- Rechtbank Noord-Nederland Het feit dat activiteiten uit het dagbestedingsprogramma noodgedwongen niet doorgaan, leidt niet tot de conclusie dat er door de zorgverlener tekort wordt geschoten in de nakoming van de zorgverleningsovereenkomst. 15-07-2015
- Rechtbank Oost-Brabant Het gaat in deze casus over de opzegging van de aansluitovereenkomst tussen een huisarts en de coöperatieve huisartsendienst (een huisartsenpost die in de avond, nacht en het weekend spoedeisende zorg verleent). De huisarts wordt structureel disfunctioneren verweten, een zwaarwegende grond voor opzegging. De voorzieningenrechter oordeelt dat het belang van een kwalitatief goede gezondheidszorg en het belang van de coöperatieve huisartsendienst dat de huisartsen die op haar posten werken verantwoorde en veilige zorg verlenen, dienen te prevaleren boven het belang van de huisarts bij de uitoefening van zijn werkzaamheden als postarts en dat er sprake is van zwaarwegende gronden om de overeenkomst op te zeggen. 13-07-2015
- Rechtbank Noord-Nederland Voorstel tot flexibele inroostering medewerkster voedingsdienst als gevolg van wijziging financiering zorg door staat (Stoof/Mammoet-toets). 08-07-2015
- Rechtbank Noord-Holland Disfunctioneren (titulair) directeur zorginstelling is niet aannemelijk gemaakt. Ontbinding arbeidsovereenkomst wegens verstoorde arbeidsrelatie. Toepassing WNT leidt tot evident onbillijke uitkomst. Vergoeding naar billijkheid van € 150.000 bruto. 01-07-2015
- Rechtbank Amsterdam Veroordeling tot betaling vakantiebijslag aan veertig ex-werknemers. Zowel werkgever als moeder aansprakelijk. 05-06-2015
- Rechtbank Noord-Holland Het in strijd met de CAO Kinderopvang, zonder toestemming van werkgever, tijdens dienstverband onbetaalde nevenwerkzaamheden verrichten, is een dringende reden voor ontslag op staande voet. Omdat er geen concurrentie- en/of relatiebeding bestaat, staat het werknemer wel vrij om na het ontslag een concurrerend kinderdagverblijf te starten en ouders van haar vorige werkgever te benaderen. 20-05-2015
- Rechtbank Midden-Nederland Buitenlandse tandarts krijgt in tandartspraktijk minder betaald dan Nederlandse collega’s. Geen ongeoorloofd onderscheid. 19-03-2014
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- College van Beroep voor het bedrijfsleven In verband met zeer gering nadeel van één tandarts heeft NZa terecht geen overgangsregeling voor endodontische behandeling getroffen in het kader van de wijziging van gereguleerde tarieven naar vrije tarieven en van vrije tarieven weer naar gereguleerde tarieven. Wel had de NZa het nadeel moeten onderzoeken en had de NZa moeten motiveren waarom een overgangsregeling niet noodzakelijk werd geacht. 25-06-2015
- College van Beroep voor het bedrijfsleven NZa-beleidsregel ter zake compensatie invoering NHC in strijd met rechtszekerheidsbeginsel en verbod van willekeur. 24-06-2015
Tuchtcolleges
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage In deze procedure gaat het om een klacht tegen een kinderarts, onder wiens behandeling de zoon van klager stond. Klager is de vader van de patiënt en is verwikkeld in een (v)echtscheidingsprocedure met de moeder. De moeder heeft vermoedens van seksueel misbruik door klager bij onder meer verweerster geuit. Verweerster wordt in dezen onder meer verweten dat zij zich – in onder meer haar verslaglegging – niet met de vereiste objectiviteit, onpartijdigheid en professionaliteit heeft opgesteld door telkens meer ‘aan de kant van de moeder te staan’. Klacht deels gegrond, waarschuwing. 28-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam Onderhavige zaak betreft een klacht over de werkwijze van verweerster bij de behandeling van het verzoek tot levensbeëindiging van het leven van een minderjarig en ernstig verstandelijk gehandicapt kind door de ouders. Verweerster wordt onder meer verweten dat zij (het recht op) een vertrouwensrelatie met de behandelend arts heeft geschonden doordat zij haar verslaglegging doelbewust en buiten medeweten van de ouders bij een ethische commissie heeft ingebracht met het oogmerk de betreffende besluitvorming – over het verzoek tot levensbeëindiging – te beïnvloeden. De klacht is deels gegrond; berisping. 28-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven Het gaat in deze, gelijktijdig behandelde, zaken over twee verpleegkundigen die als getuigen zijn gehoord door de politie nadat een (psychiatrisch) patiënte die bij hen onder behandeling was, uitlatingen had gedaan over vermoeden van seksueel misbruik van haar dochtertje door haar ex-schoonvader. Beide verpleegkundigen hebben door het getuigen hun beroepsgeheim geschonden. Het schenden van de geheimhoudingsplicht is in dit geval in strijd met de algemene zorgplicht ten aanzien van de patiënte en derden. Beide verpleegkundigen worden berispt. 22-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam Verweerster, specialist ouderengeneeskunde, wordt verweten dat zij niet heeft gesignaleerd dat de organisatie in dossiervorming en het voeren van gesprekken met (vertegenwoordigers) van patiënten in de instelling waar zij werkzaam was onvoldoende was. Klacht deels gegrond. Verweerster had daarnaast ook moeten signaleren dat de notities omtrent het te voeren beleid tegenstrijdig waren en zij had aldus beter met klaagster – als zijnde vertegenwoordiger van patiënte – moeten communiceren en moeten nagaan of het laatst genoteerde beleid actueel en conform de wensen van patiënte en klaagster waren. Omdat verweerster zich toetsbaar heeft opgesteld en met zelfreflectie naar haar handelen heeft gekeken, kan naar het oordeel van het Regionaal Tuchtcollege te Amsterdam worden volstaan met een waarschuwing. 21-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam Verweerster, specialist ouderengeneeskunde, wordt onvoldoende communicatie met de vertegenwoordiger van patiënte en onvoldoende dossiervorming verweten. De klacht is deels gegrond: verweerster had moeten signaleren dat het in de instelling waar zij werkzaam was ontbrak aan een goede organisatie in gesprekken en communicatie met patiënten en vertegenwoordigers van patiënten. Ook had verweerster zich op een andere manier dan via de telefoon van de wil van de vertegenwoordiger van patiënte moeten vergewissen, nu juist aan de telefoon (verdere) misverstanden kunnen ontstaan en er al onduidelijkheid over het voeren van een actief of juist palliatief beleid was. Het Regionaal Tuchtcollege te Amsterdam legt een berisping op. 21-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam Verweerster, specialist ouderengeneeskunde, wordt onvoldoende communicatie met de vertegenwoordiger van patiënte en onvoldoende dossiervorming verweten. De klacht is deels gegrond: verweerster had de zorgplannen en wijziging in het beleid en dossier met de vertegenwoordiger van patiënte moeten overleggen en had moeten signaleren dat het in de instelling waar zij werkzaam was ontbrak aan een goede organisatie in gesprekken en communicatie met patiënten en vertegenwoordigers van patiënten. Berisping. 21-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Het gaat in deze casus om een klacht van klaagster die lijdt aan de oogziekte ‘Presumed Ocular Hostoplasmosis Syndrome’ (POHS). Patiënte is van 18 oktober 2013 tot half juni 2014 bij verweerder onder behandeling geweest. De oogarts heeft patiënte zesmaal een injectie in of bij haar rechteroog gegeven. De eerste twee gegeven injecties hebben achteraf staar uitgelokt. Dit is geen fout, maar een complicatie. Verweerder heeft patiënte onvoldoende geïnformeerd ter zake van het risico om staar te ontwikkelen. Hij krijgt hiervoor een waarschuwing opgelegd. 21-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam Klager is psychiatrisch patiënt en opgenomen in een instelling, waar hij onder behandeling van verweerster, psychiater, staat. Klager heeft een verleden met suïcidepogingen. Tijdens zijn opname poogt klager opnieuw zich van het leven te beroven. Verweerster wordt verweten dat zij in gebreke is gebleven ten aanzien van het houden van toezicht op klager en dat zij de waarschuwingen van de familie niet serieus heeft genomen. Klacht gegrond, waarschuwing. 21-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Huisarts wordt verweten dat hij geen huisbezoek heeft afgelegd in verband met de valpartij van klaagster de avond ervoor. College overweegt dat huisarts eindverantwoordelijk is en derhalve niet altijd dient te vertrouwen op bevindingen assistent. Waarschuwing. 14-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Klager verwijt tandarts een slechte behandeling (medisch inhoudelijk), het ten onrechte in rekening brengen van bepaalde kosten en het ontbreken van een adequate klachtenregeling. Gedeeltelijk gegrond. Waarschuwing. 14-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Klager verwijt tandarts dat: hij liegt en bedriegt, hij onvoldoende informatie verstrekt, hij geen behandelplan heeft gemaakt en/of verstrekt, hij de begroting en de gemaakte foto’s en OPG niet heeft besproken, klager is behandeld door de preventieassistente en niet is doorverwezen naar een specialist, hij een valse beschuldiging heeft geuit over bedreiging en dat klager onterecht is uitgeschreven. Klacht gedeeltelijk gegrond. Berisping. 14-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam Klaagster verwijt tandarts onzorgvuldig handelen, meer in het bijzonder dat hij op onzorgvuldige wijze kronen heeft geplaatst, op onzorgvuldige wijze heeft gevuld, een gaatje niet heeft opgemerkt, klaagster ten onrechte niet heeft verwezen naar een mondhygiënist, althans ten onrechte geen tandsteen heeft verwijderd en mondhygiëne-instructies heeft gegeven, op onzorgvuldige wijze met het patiëntendossier van klaagster is omgegaan en ten onrechte niet is aangesloten bij een spoeddienst of tandartsen bemiddelingsbureau. Berisping. 14-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Klacht jegens (ziekenhuis)apotheker/hoofd afdeling dat de opdracht om twee medicamenten over één infuuslijn toe te dienen in strijd is met het toepasselijke veiligheidsprotocol is en dat niet achterhaald kan worden wie deze opdracht heeft gegeven. Klacht afgewezen. 14-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Orthopeed wordt verweten dat hij tekort is geschoten op medisch inhoudelijk vlak (het ongecontroleerd uitvoeren van de operatie en het in te korte tijd uitvoeren van de operatie) en tevens tekort is geschoten in de communicatie (de nodige informatie na de operatie onthouden, onheuse bejegening). College acht klacht wat betreft communicatie gegrond. Waarschuwing. 14-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Klacht jegens orthopeed wegens onzorgvuldig handelen (niet lege artis handelen bij de operatie, behandelen zonder dat sprake was van informed consent, het niet geven van antibiotica, het geven van te weinig voedsel en vocht, het manipuleren met sterftecijfers, het feit dat zich veel complicaties hebben voorgedaan en het weigeren inzage te geven in het dossier). Klacht afgewezen. 14-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Klaagster verwijt tandarts dat hij haar zonder haar toestemming heeft uitgeschreven als patiënt bij de praktijk. Waarschuwing. 14-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Klagers verwijten cardio thoracale chirurg/kinderhartchirurg de manier waarop hij heeft willen beslissen over het leven van hun kind door hun kind ten onrechte niet door te verwijzen naar een andere beroepsbeoefenaar voor een second opinion en klagers geen second opinion aan te bieden. Klacht afgewezen. 14-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle De IGZ heeft een voordracht gedaan bij het CMT. De arts heeft meermalen laten zien niet op respectvolle wijze om te gaan met andermans leven. Ook heeft de arts in het verleden seksueel contact gehad met vrouwelijke asielzoekers die aan zijn zorg waren toevertrouwd. Het ernstig strafbaar en grensoverschrijdend handelen van de arts, is ingegeven door zijn geestesgesteldheid. De ernst en de aard van het handelen van de arts, alsmede de recidive maken dat die beroepsuitoefening onverantwoord is. Het CMT legt de maatregel van doorhaling op en legt bij wijze van voorlopige voorziening, de maatregel van schorsing op, zulks met onmiddellijke ingang totdat deze beslissing onherroepelijk is geworden. 13-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam Klacht tegen arts omdat hij bij de beoordeling van de vraag of klaagster van E naar Nederland kon reizen zou zijn tekortgeschoten in de zorg die hij jegens klaagster behoorde te betrachten, door te oordelen zonder klaagster op het consult te hebben gehad of te hebben gesproken, zonder de behandelend arts van klaagster te raadplegen en zonder de gemaakte röntgenfoto te bekijken. Klacht afgewezen. 07-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Klaagster verwijt arbo-arts dat hij informatie van de psycholoog en psychotherapeut niet ter harte heeft genomen en klaagster te snel aan het werk heeft willen zetten. Daarnaast zou de arts aangedrongen hebben op medicatiegebruik en klaagster daarmee gechanteerd hebben door te zeggen dat ze dan meer tijd zou krijgen. Het gedrag van verweerder heeft een arbeidsconflict met de werkgever veroorzaakt. Het RTG wijdt een overweging aan het omschrijven van de taken van een bedrijfsarts, past deze toe en wijst de klacht af. 07-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Klager verwijt verzekeringsarts dat hij zich bij het verzekeringsgeneeskundig onderzoek in het kader van de arbeidsongeschiktheidsverzekering niet aan de protocollen van het GAV heeft gehouden. Het college is van oordeel dat de arts ten onrechte klager niet lichamelijk heeft gekeurd en informatie heeft verschaft aan de arbeidsongeschiktheidsverzekeraar voor een ander doel dan een verzekeringsgeneeskundige beoordeling. Waarschuwing. 07-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Klager verwijt arbo-arts dat hij zijn beroepsgeheim heeft geschonden, twee verschillende rapportages heeft opgesteld die niet aan klager zijn toegezonden, de communicatie tijdens het bezoek te wensen heeft overgelaten en verweerder klager onheus bejegend heeft, hij zich partijdig heeft gedragen door melding te maken van pet en slippers die klager tijdens zijn bezoek droeg, hij zonder toestemming van klager de behandelovereenkomst heeft beëindigd en de verdere begeleiding aan een andere arts heeft overgedragen en dat hij heeft nagelaten een plan van aanpak op te stellen en een probleemanalyse te vervaardigen. Waarschuwing. 07-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Gravenhage Bedrijfsarts wordt door klager verweten dat hij geen acht heeft geslagen op bepaalde stukken, dat hij geen goede diagnose heeft gesteld en dat hij klager onheus heeft bejegend. Het college wijdt een overweging aan het omschrijven van de taken van de bedrijfsarts bij een verzekeringsgeneeskundige beoordeling, past deze toe en wijst de klacht af. 07-07-2015
- Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle De onderhavige zaak is ingediend tegen een reumatoloog en heeft betrekking op het niet bepalen van een bloedbeeld. Klager verwijt verweerster dat zij (1) bij patiënte de (opzettelijke) onjuiste indruk heeft gewekt dat bij het laboratoriumonderzoek is gebleken dat alle waarden, dus ook het bloedbeeld, in orde waren en (2) in strijd heeft gehandeld met de Methotrexaat-richtlijn van de Nederlandse Vereniging voor Reumatologie. Het regionaal tuchtcollege heeft beide klachtonderdelen ongegrond verklaard. De omissie van verweerster om niet tegen patiënte te zeggen dat het bloedbeeld niet bepaald was, is volgens het tuchtcollege van onvoldoende gewicht. Hiernaast was het afwijken van de richtlijn, gezien de omstandigheden volgens het tuchtcollege te billijken. 03-07-2015
Uitspraken zonder ECLI
- College voor de Rechten van de Mens Tergooi, een ziekenhuis, heeft bij het ontslag tijdens proeftijd van een zwangere verpleegkundige niet gediscrimineerd. 2015-06-11
- College voor de Rechten van de Mens Tergooi, een ziekenhuis, discrimineerde een kinderarts met een chronische ziekte door de arbeidsovereenkomst te beëindigen. Geen sprake van victimisatie. 2015-07-06